Storing
Abnormale schuimvor-
ming aanwezig.
Storing
Indicatie onthardings-
zout bijvullen brandt.
Indicatie onthardings-
zout bijvullen brandt
niet.
Indicatie glansspoel-
middel bijvullen
brandt.
Indicatie glansspoel-
middel bijvullen
brandt niet.
Storing
Er blijft na afloop van
het programma water
in het apparaat staan.
Apparaat kan niet wor-
den ingeschakeld of
bediend.
Het apparaat start
niet.
Oorzaak en probleemoplossing
Gebruikt vaatwasmiddel of reinigingsproduct produ-
ceert te veel schuim.
Gebruik een ander merk vaatwasmiddel.
▶
Oorzaak en probleemoplossing
Er ontbreekt onthardingszout.
Vul onthardingszout → Pagina 25 bij.
▶
Sensor herkent onthardingszouttabletten niet.
Gebruik geen onthardingszouttabletten.
▶
Waterontharding is uitgeschakeld.
Waterontharding instellen.
▶
Glansspoelmiddel ontbreekt.
Vul het glanspoelmiddel → Pagina 27 bij.
1.
Stel de hoeveelheid glansspoelmiddel in.
2.
Waterontharding is uitgeschakeld.
Hoeveelheid glansspoelmiddel instellen.
▶
Oorzaak en probleemoplossing
Zeefsysteem of ruimte onder de zeef is verstopt.
Reinig de zeven → Pagina 38.
1.
Reinig de afvoerpomp → Pagina 54.
2.
Programma is nog niet beëindigd.
Wacht het programma-einde af of breek het pro-
▶
gramma met Reset af.
→ "Programma afbreken", Pagina 34
▶
Functies van het apparaat zijn uitgevallen.
Trek de stekker van het apparaat uit het stopcon-
1.
tact of schakel de zekering uit.
Wacht ten minste 2 minuten.
2.
Sluit het apparaat aan op het stroomnet.
3.
Schakel het apparaat in.
4.
Zekering van de huisinstallatie is niet in orde.
Controleer de zekering van de huisinstallatie.
▶
Aansluitsnoer is niet aangesloten.
Controleer of het stopcontact functioneert.
1.
Controleer of het aansluitsnoer goed op het stop-
2.
contact en op de achterkant van het apparaat is
aangesloten.
Storingen verhelpen nl
51