WAARSCHUWINGEN
Het apparaat controleert continu de aangesloten sensoren en apparaten op waarschuwingen,
systeemstoringen en veranderingen in de omgeving. Waarschuwingen kunnen worden geconfigureerd
door regels in te stellen.
Wanneer er een waarschuwingsregel wordt geactiveerd, wordt een van de volgende berichttypen gegenereerd:
•
Melding: een bericht dat 15 seconden op het scherm blijft staan en vervolgens automatisch verdwijnt
of tot u het bevestigt.
•
Waarschuwing: een bericht dat op het scherm blijft staan tot u het bevestigt.
•
Alarm: een bericht dat op het scherm blijft staan tot u het bevestigt. Als de sirene van uw systeem is
ingeschakeld, hoort u ook een akoestisch alarm.
Een waarschuwing bevestigen
Selecteer Stil (Mute) of veeg de alarmmelding naar de rechterkant van het scherm om deze te sluiten. Er
blijft een badge op de Home-knop staan tot de waarschuwing is opgelost.
Waarschuwingsberichten bekijken
Als u een lijst met al uw waarschuwingsberichten wilt weergeven, selecteert u de knop Waarschuwingen
op uw Home-scherm.
•
In het gedeelte MOMENTEEL ACTIEF staan alarmen en waarschuwingen met onopgeloste omstandigheden
(de omstandigheden die de waarschuwingen hebben geactiveerd, zijn nog steeds aanwezig).
•
In het gedeelte ONGELEZEN staan meldingen die u niet hebt bevestigd (ze verdwijnen automatisch
na 15 seconden).
•
In het gedeelte HISTORIE staan alarmen en waarschuwingen waarvoor de omstandigheden zijn
opgelost en meldingen die u hebt bevestigd.
Selecteer de knop
als u een alarmmelding wilt beheren of verwijderen.
Opmerking: In de lijst met waarschuwingen worden alleen waarschuwingen weergegeven die zijn
¼
gegenereerd sinds de eenheid voor het laatst werd ingeschakeld.
23