5. Montage-instructies
Het apparaat wordt direct op de aansluitleiding van de kraan in een vorstvrije ruimte aangesloten.
Wij kunnen een probleemloze werking alleen garanderen wanneer gebruik wordt gemaakt van een
CLAGE-kraan en -toebehoren. Let bij de installatie op het volgende:
• DIN VDE 0100 en EN 806 alsmede de wettelijke voorschriften van het betreffende land en de
bepalingen van de plaatselijke leverancier van water en elektriciteit.
• De technische gegevens en de gegevens op het typeplaatje onder de afdekking ("Verwijderen
van de afdekking", 58).
• Er mogen geen onderdelen uit de verpakking overblijven
• Voor onderhoudswerkzaamheden moet de doorloopverwarmer goed toegankelijk zijn. Er moet
een afzonderlijke afsluitkraan worden geïnstalleerd.
• Voor montage eerst de waterleidingen goed doorspoelen
• Het apparaat werkt optimaal bij een waterdruk van 0,2–0,4 MPa (2–4 bar). De druk van de
waterleiding mag niet hoger zijn dan 1 MPa (10 bar).
• Voor een bedrijfszekere werking van deze doorstroomwaterverwarmer is een terugslagklep
niet nodig. Als er toch een terugslagklep gemonteerd moet worden, dan mag deze uitslui-
tend in de warmwaterleiding achter de doorstroomwaterverwarmer geïnstalleerd worden.
• De waterleidingen mogen bij de montage en tijdens de werking geen mechanische kracht uit-
oefenen op de wateraansluitingen van de doorstroomwaterverwarmer. Als dit wegens de instal-
latieomstandigheden niet gegarandeerd kan worden, bevelen we aan flexibele verbindingen te
gebruiken.
• De minimale vereisten voor de specifieke waterweerstand moeten gevolgd worden. De speci-
Douchegebruik
Wanneer het apparaat een douche van water voorziet, mag de warmwatertemperatuur de 55 °C
niet overschrijden. Daarom moet bij gebruik met voorgewarmd water de temperatuur tot 55 °C
beperkt worden op instructie van de fabrikant.
53
CLAGE
NL