Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Veiligheidsaanwijzingen; Belangrijke Bedieningsvoorschriften - Truma Combi 4 Gebruiksaanwijzing

Verberg thumbnails Zie ook voor Combi 4:
Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen
  • NL

Beschikbare talen

  • DUTCH, pagina 35

Veiligheidsaanwijzingen

Voor het gebruik van gasdrukregelinstallaties, gastoestellen of
gasinstallaties is het gebruik van staande gasflessen waaruit
gas uit de gasfase genomen wordt dwingend voorgeschre-
ven. Gasflessen waaruit gas in vloeibare toestand wordt
genomen (bijv. voor heftrucks) zijn voor de werking verboden,
omdat zij tot beschadiging van de gasinstallatie leiden.
Bij lekken in de gasinstallatie of wanneer een gasreuk wordt
waargenomen:
alle open vlammen doven
ramen en deuren openen
alle snelsluitkleppen en gasflessen sluiten
niet roken
geen elektrische schakelaars bedienen
de hele installatie door een vakman laten controleren!
Reparaties mogen alleen door vakbekwame monteurs
worden uitgevoerd!
Garantie en claims i.v.m. aansprakelijkheid komen in
onderstaande gevallen te vervallen:
veranderingen aan het apparaat (met inbegrip van toebehoren),
veranderingen aan de afvoer van de uitlaatgassen en aan de
schoorsteen,
gebruik van andere dan originele Truma-onderdelen als
vervangende onderdelen of toebehoren,
het niet opvolgen van de montage- en gebruiksaanwijzing.
Bovendien vervalt hierdoor de gebruikstoelating voor het ap-
paraat en in sommige landen ook voor het voertuig.
De werkdruk van de gasvoorziening 30 mbar moet overeen-
stemmen met de werkdruk van het toestel (zie typeplaat).
De gasinstallatie moet voldoen aan de technische voorschriften
en voorschriften van overheidswege van het land van gebruik
(in Europa b.v. EN 1949 voor motorvoertuigen). Nationale voor-
schriften en regelingen (in Duitsland b.v. het DVGW-werkblad
G 607 voor voertuigen) moeten in acht genomen worden.
Het testen van de gasinrichting moet in Duitsland elke 2 jaar
door een vakman (DVFG, TÜV, DEKRA) worden uitgevoerd.
Dit moet op het desbetreffende keuringscertificaat (G 607)
worden aangegeven.
De eigenaar van het voertuig is zelf verantwoordelijk voor de
keuring ervan.
Gastoestellen mogen bij het tanken, in parkeergarages, garages
of op veerboten niet gebruikt worden.
Bij de eerste ingebruikname van een fabrieknieuw apparaat
(en na een langere stilstand) kan zich kort een lichte rook – en
geurontwikkeling voordoen. Het is zinvol, het toestel in zomer-
stand (60 °C) meerdere malen op te warmen en te zorgen voor
een goede ventilatie van de ruimte.
Warmtegevoelige voorwerpen (bijv. spuitbussen) of brandbare
vloeistoffen mogen niet in de inbouwruimte van de kachel
worden opgeslagen, omdat er hier onder bepaalde omstan-
digheden hoge temperaturen kunnen optreden.
Voor de gasinstallaties mogen alleen drukregelinrichtingen
volgens EN 12864 (in motorvoertuigen) met een vaste
uitgangsdruk van 30 mbar worden gebruikt. De doorstro-
mingssnelheid van de drukregelaar moet ten minste overeen-
stemmen met het maximum verbruik van alle door de instal-
latiefabrikant ingebouwde toestellen.
Voor voertuigen raden wij de gasdrukregelinstallatie Truma
MonoControl CS en voor de tweeflessengasinstallatie de gas-
drukregelinstallaties Truma DuoComfort / DuoControl CS aan.
Bij temperaturen rond 0 °C en lager moet de gasdrukregelaar
of de omschakelklep met de regelaarverwarming EisEx ge-
bruikt worden.
36
Er mogen uitsluitend voor het land van gebruik geschikte re-
gelaar-aansluitslangen die voldoen aan de eisen van het land,
gebruikt worden. Deze moeten regelmatig gecontroleerd wor-
den op broosheid. Voor gebruik in de winter mogen uitslui-
tend winterharde speciale slangen gebruikt worden.
Drukregelapparatuur en slangleidingen dienen uiterlijk
10 jaar (bij zakelijk gebruik 8 jaar) na de fabricagedatum
door nieuwe te worden vervangen. Hiervoor is de gebruiker
verantwoordelijk.

Belangrijke bedieningsvoorschriften

Werd de schoorsteen in de buurt resp. direct onder een te
openen venster geplaatst, dan moet het toestel voorzien zijn
van een automatische uitschakelinrichting, om werking bij
geopend venster te verhinderen.
Regelmatig, vooral na lange reizen, moet worden gecontro-
leerd of de gecombineerde aan-/afvoerpijp niet is beschadigd
en of de aansluitingen nog intact zijn. Dit geldt ook voor het
toestel zelf en de schoorsteen.
Na een kleine interne gasontploffing (foutieve ontsteking)
moet de rookgasafvoer door een vakbekwaam monteur
worden gecontroleerd!
De schoorsteen voor de afvoer van rookgas en de toevoer van
verbrandingslucht moet altijd vrij worden gehouden van vuil
(spatsneeuw, ijs, bladeren, enz.).
De warme-luchtuitlaten en de openingen voor de Circulatie-
aanzuiging dienen vrij te zijn, zodat het toestel niet oververhit
raakt. De ingebouwde temperatuurbegrenzer blokkeert de
gastoevoer als het toestel te heet wordt.
Voor verwarming tijdens het rijden is in richtlijn 2004/78/EG
voor campers een veiligheidsafsluitinrichting voorgeschreven.
De gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS voldoet aan
deze vereiste.
Als er geen veiligheidsafsluitinrichting (bijv. zoals in de
gasdrukregelinstallatie Truma MonoControl CS) geïnstal-
leerd is, moet de gasfles tijdens de rit gesloten zijn en moeten
er waarschuwingsborden in de flessenkast en in de omge-
ving van het bedieningspaneel aangebracht worden.
Voor verwarming tijdens het rijden raden wij voor caravans
ook een veiligheidsafsluitinrichting aan.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Combi 6

Inhoudsopgave