Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Diagnose-Led's; Werking Van De Conventionele Diagnose-Uitgang - schmersal RSS 36-SD-ST Bedienings- En Montage-Instructie

Elektronische veiligheidssensor
Inhoudsopgave

Advertenties

De veiligheidsuitgangen kunnen rechtstreeks aangesloten worden op het veiligheidscircuit van de besturing. Bij het
openen van de veiligheidsdeur, waardoor de bediensleutel uit de actieve zone van de sensor verwijderd wordt,
worden de veiligheidsuitgangen onmiddellijk uitgeschakeld

7.2 Diagnose-LED's

De veiligheidsensor geeft zijn bedrijfstoestand en storingen weer via driekleurige LED's aan de zijkant van de
sensor.
F
De volgende LED-aanduidingen gelden zowel voor veiligheidssensoren met conventionele diagnose-uitgang als voor deze
met seriële diagnosefunctie.
De groene LED geeft aan dat de sensor bedrijfsklaar is. De voedingsspanning is aanwezig en alle
veiligheidsingangen zijn beschikbaar.
Het knipperen (1 Hz) van de groene LED signaliseert het ontbreken van spanning aan een of beide
veiligheidsingangen (X1 en/of X2).
De gele LED signaleert de aanwezigheid van een bediensleutel in het detectiebereik. Bevindt de bediensleutel zich
in het hysteresebereik van de sensor, dan knippert de LED.
Het knipperen kan gebruikt worden om afwijkingen in de afstand tussen de sensor en de bediensleutel vroegtijdig
te detecteren (bijv. uitzakken van een veiligheidsdeur). uitzakken van een veiligheidsdeur). De installatie moet
nagekeken worden, voordat de afstand groter wordt en de veiligheidsuitgangen uitgeschakeld worden, waardoor de
machine stilgezet wordt. Zodra een fout gedetecteerd wordt, gaat de rode LED branden.
LED-aanduiding (rood)
1 impuls
2 impulsen
3 impulsen
4 impulsen
5 impulsen
Continu rood

7.3 Werking van de conventionele diagnose-uitgang

Bovendien wordt de bedrijfsstatus van de veiligheidsschakelcomponent door een diagnose-uitgang weergegeven.
De signalen van deze uitgang kunnen in een volg-besturing gebruikt worden.
De kortsluitvaste diagnose-uitgang OUT kan voor centrale visualisatie- of besturingstaken gebruikt worden,
bijvoorbeeld in een PLC.
De diagnose-uitgang is geen veiligheidsrelevante uitgang!
Fout
Storingen waardoor de veilige werking van de veiligheidsschakelcomponent niet langer gewaarborgd is (interne
storingen), leiden tot de uitschakeling van de veiligheidsuitgangen binnen de risicotijd. Na het elimineren van de
fout wordt de foutmelding gereset door het openen en opnieuw sluiten van de bijbehorende veiligheidsdeur.
Foutwaarschuwing
Een storing die de veilige werking van de veiligheidsschakelcomponent niet onmiddellijk in gevaar brengt (bijv. te
 
 
 
 
 
 
 
19-25
Foutoorzaak
Fout uitgang Y1
Fout uitgang Y2
Dwarssluiting Y1/Y2
Omgevingstemperatuur te hoog
Foutieve of defecte bediensleutel
Interne fout, met geel knipperend
leerproces

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave