6. BEDIENINGSINSTRUCTIES
6.1. O
VERZICHT
Sensoren lezen en een diagnose stellen, OBDII ECU resetten en gegevens naar ECU
overbrengen.
Opmerking: In sommige gevallen zal een voertuig dat in "leermodus" staat ook met een reeks
claxonsignalen aangeven dat de TPM-sensor met de ECM heeft gecommuniceerd.
Onderhoudsprocedure
Deel 1.0: Sensortest lezen
Trigger elk onderhoud van de banden/wielen met uw VDO TPMS PRO-
TOESTEL alle sensoren van het voertuig om te zien of ze goed werken.
Zo vermijdt u de risico's die gepaard gaan met het vervangen van eerder beschadigde of defecte
sensoren. Deze procedure heeft geen invloed op de voertuiginstellingen omdat het voertuig nog in
leer-/hertrainmodus moet worden gezet. Met deze procedure kunt u beschadigde of defecte
sensoren snel identificeren omdat sommige voertuigen een beschadigde of defecte sensor niet
langer dan 20 minuten op het toestelenpaneel aangeven.
Opmerking: Ga naar het deel Troubleshooting in deze handleiding als de sensoren niet triggeren.
Voer het onderhoud van de banden/wielen uit.
Zie deel 2.0 voor voertuigen die moeten worden hertraind.
Deel 2.0: TPM-systeem leren
Zet het voertuig in leermodus en trigger eerst de wielsensor vooraan links
(LV). Bij sommige voertuigen weerklinkt een piep om te bevestigen dat de
sensor-ID door de boordcomputer van het voertuig is geleerd.
De communicatie tussen de sensor en de boordcomputer wordt ook
bevestigd op het lcd-display van het TOESTEL.
Dezelfde procedure moet
toegepast totdat alle voertuigsensoren hertraind zijn.
Nadat de wielsensor links achteraan getriggerd is, zullen sommige
voertuigen tweemaal piepen om aan te geven dat het TPM-systeem
hertraind is.
Wij raden aan om bij voertuigen die niet moeten worden hertraind elke wielsensor een laatste keer
te triggeren om te controleren of ze goed werken voordat u het voertuig weer aan de klant bezorgt.
UM-36600B-NL
Gebruikershandleiding VDO TPMS PRO-TOESTEL
VDO TPMS PRO-TOESTEL
in wijzerzin op elke wielsensoren worden
Gebruikershandleiding VDO TPMS Pro 8/39
1 Start FL
FR 2
4 End RL
RR 3
Fig. 1