Pagina 1
Gebruikshandleiding INNOVA 2000 De inhoud van deze handleiding en INNOVA 2000 software zijn het eigendom van Test Equipment Nederland B.V. Op de gebruikshandleiding en software berust copyright, elke vorm van verveelvoudiging van deze handleiding of software is niet toegestaan. Test Equipment Nederland B.V is niet aansprakelijk voor directe of indirecte schade die voortvloeit uit het gebruik van de apparatuur of deze handleiding.
Alvorens de INNOVA 2000 in gebruik te nemen, is het beslist noodzakelijk deze handleiding uitvoerig door te nemen! Indien u vragen heeft omtrent het gebruik van de INNOVA 2000, aarzelt u dan niet contact op te nemen met : Technisch Bureau Andriessen (TBA) B.V.
2 Voor- en achterzijde Figuur 1. Voorzijde van de INNOVA 2000 LED indicatie aan/uit. Test Equipment Nederland B.V. (C) Pagina 4 Versie 5.00 Augustus 2008...
Pagina 5
Figuur 2. Achterzijde van de INNOVA 2000 Netspanningaansluiting met aan/uit schakelaar en zekeringen Ventilator met stoffilter Zuurstofsensor met afdekkap Waterafscheider met grof- en fijnfilter Kunststoffilter ten behoeve van waterafscheiding Koolstoffilter Uitgang gassen met lektestadapter Uitgang waterafscheidingscircuit Kalibratiegasingang COM1 communicatiepoort, aansluiting roetmeter...
De toerenteller van de INNOVA 2000 is interruptgestuurd en dus zeer nauwkeurig. Na een uitgekiende filtering van storingen en dergelijke wordt het bruikbare signaal naar één van de processoren geleid en daar omgezet naar een numerieke waarde.
5 Gebruiksinformatie Gebruik van de opnamesonde Om het uitlaatgas te bemonsteren, is de INNOVA 2000 uitgerust met een RVS opnamesonde. Het eindstuk van de opnamesonde is flexibel en kan daardoor gemakkelijk in elk type uitlaat worden geplaatst. Zorg ervoor dat de opnamesonde ca.
Pagina 9
De werkomgeving De INNOVA 2000 wordt gevoed vanuit het lichtnet, 230 volt AC - 50 Hz. Gebruik alleen een wandcontactdoos met randaarde. Dit is nodig om het apparaat te aarden en de veiligheid te garanderen. Gebruik nooit lange of onveilige draadhaspels.
Pagina 10
aanwezigheid van stoorgassen een aanzienlijk probleem opleveren (blokkeren van de uitlaatgasmeting). Ventileer altijd voldoende en neem stoorgasbronnen weg. De bedrijfstemperatuur bedraagt +5 tot +40 °C. Zorg ervoor dat hieraan wordt voldaan. Voldoet de omgevingstemperatuur niet aan bovengenoemd bereik, dan wordt de meetnauwkeurigheid niet langer gegarandeerd en mag er geen officiële meting worden verricht.
Toetsenbord en Muis Om de INNOVA 2000 te bedienen en alfa numerieke tekens in te voeren maakt u gebruik van het toetsenbord. Het toetsenbord bevindt zich in de schuiflade onder de meetunit. Zodra de PC klaar is met opstarten is het toetsenbord actief en kunt U met de bediening beginnen.
7 Periodieke Controles Zoals reeds werd vermeld voert de INNOVA 2000 tijdens het opstarten een aantal interne tests uit. Tevens wordt gecontroleerd of de tester een periodieke controle moet ondergaan omtrent de lekdichtheid van het flowsysteem, de stoorgassen in de omgeving oldoen aan het gewenste niveau en of de tester opnieuw gekalibreerd moet worden.
Deze melding geeft aan dat de infrarood meetcel nog aan het opwarmen is (maximaal 10 minuten). Tijdens de opwarmfase kan er geen uitlaatgasmeting worden uitgevoerd. Wacht totdat de opwarmfase ten einde is en de INNOVA 2000 vervolgt automatisch het programma.
Pagina 14
Low-flow detectie Om ervoor te zorgen dat aan de vereiste rmeettijd wordt voldaan, beschikt de INNOVA 2000 over een zogenaamde low-flow detectie. Dit betekent dat er gecontroleerd wordt of de weerstand in het flowsysteem niet te hoog is geworden en daardoor de aanzuigsnelheid te gering is. Oorzaken voor een dergelijke situatie kunnen zijn: sterk verontreinigde filters of een blokkade in de opnameslang of opnamesonde.
Pagina 15
Zuurstofsensorspanning Tijdens elke nulpuntskalibratie wordt gecontroleerd hoe hoog de spanning is die de zuurstofsensor afgeeft. Op deze wijze wordt gecontroleerd of de sensor verouderd en nog langer bruikbaar is. Mocht er worden vastgesteld dat de afgegeven spanning onder het minimum is gekomen, dan wordt hiervan melding gemaakt. In het beeldscherm is nu te zien dat de grafische weergave van de zuurstofsensor ‘oplicht’...
Pagina 16
Controleer in dit geval de seriële verbindingskabel tussen de PC en de COM2 poort van de meetunit van de INNOVA 2000. Schakel eventueel de tester uit en start deze opnieuw op. Mocht de melding blijven optreden, neem dan contact op met uw leverancier.
9 Programma van de INNOVA 2000 Als de Innova 2000 is opgestart zoals volgens het hoofdstuk “In gebruik name”, worden er automatisch een aantal interne zelftests uitgevoerd en warmt de meetcel op. Na het opstarten van de computer en het INNOVA 2000 programma verschijnt het opstartscherm van de INNOVA 2000.
Pagina 18
Er kan worden doorgedrukt met F4, maar er kunnen geen metingen meer worden uitgevoerd. Nu verschijnt het hoofdmenu van de INNOVA 2000. Vanuit dit menu kunt u alle functies van de INNOVA 2000 aanroepen. Indien de PC software van de INNOVA 2000 niet juist is geconfigureerd of niet voldoet aan de gestelde eisen, verschijnt er direct een foutmelding op het scherm.
Pagina 19
Is de sofware goed geconfigureerd en voldoet de software aan de gestelde eisen, dan verschijnt onderstaand scherm, het hoofdmenu. Met behulp van het hoofdmenu navigeert U door het gehele INNOVA 2000 programma vanwaar alle overige metingen en controles kunnen worden geselecteerd. Het programma is als volgt opgebouwd: Benzinemenu: Programmadeel voor metingen aan voertuigen met benzinemotor (LPG/CNG).
Pagina 20
Gebruikersmenu: Programmadeel waar verschillende teksten kunnen worden ingevoerd, bijvoorbeeld werkplaatsnaam, keurmeester en tijd etc. In dit programmadeel kan tevens worden gecontroleerd welke software er geïnstalleerd is op de INNOVA 2000. Servicemenu: Programmadeel bestemd voor de geautoriseerde servicetechnici. Dit programmadeel kan niet worden gebruikt door de gebruiker.
Pagina 21
Zoals vermeld kunt u met behulp van het hoofdmenu navigeren door het gehele programma onderstaand blokdiagram geeft de opbouw weer van alle programmaonderdelen. Het benzinemenu, multimeter en gebruikersmenu zullen in deze handleiding behandeld worden, voor het dieselmenu en OBD-menu wordt naar de desbetreffende handleiding verwezen. Test Equipment Nederland B.V.
10 Benzinemenu Het benzinemenu wordt gebruikt voor metingen aan voertuigen met benzine-, lpg-, cng motoren. Het benzinemenu bestaat uit de volgende onderdelen: - Keuringsmeting - Standaardmeting (MID) - Meting lambdasonde - Systeem leegpompen - Systeemdiagnose. Selecteer met het toetsenbord of de muis één van de items en druk op de enter toets of de linker muisknop om uw selectie te bevestigen.
Pagina 23
De procedure voor het uitvoeren van een Keuringsmeting is als volgt: Selecteer Nieuw voertuig Vul de bijbehorende gegevens van het voertuig in. Selecteer een toerentalsensor. Vul de naam van de keurmeester in. Selecteer of U de olietemperatuur wilt meten of Sluit de toerentalsensor aan handmatig wilt invoeren.
Pagina 24
Als er gekozen is voor olietemperatuur meten moeten Wacht totdat de temperatuur minimaal 80 graden is de instructies op het scherm gevolgd worden. Verwijder de olietemperatuursonde en plaats de olie- Steek de opnamesonde in de uitlaat. peilstok terug. Geef gas zodat het benodigde toerental voor een Na een meting volgt een overzicht.
Pagina 25
Laat de motor stationair draaien. Er volgt een overzicht. Verwijder de toerentalsensor . En er volgt een overzicht voor alle resultaten. U kunt dit overzicht printen en de meting stoppen. In de Keuringsmeting kunt U het vorige Voertuigen die gemeten zijn, kunt u nazien, voertuig herhalen of de klantendatabase raadplegen.
Plaats de opnamesonde van de INNOVA 2000 nog niet in de uitlaat. Elke keer dat u de Standaardmeting (MID) start controleert de INNOVA 2000 automatisch of er een nulpuntskalibratie moet worden uitgevoerd. Indien de laatste nulpuntskalibratie meer dan 25 minuten geleden werd uitgevoerd, forceert de INNOVA 2000 een nieuwe nulpuntskalibratie.
Pagina 27
De gemeten en berekende parameters tijdens deze meting zijn: - CO koolstofmonoxide - CO gecorrigeerd koolmonoxide corr - CO koolstofdioxide - HC koolwaterstoffen zuurstof - Olietemperatuur - Toerental - Lambdagetal , de gecorigeerde CO waarde wordt alleen weergegeven indien de CO waarde groter of gelijk is dan 5 corr procent volume is.
Pagina 28
Als u de uitlaatgasmeting wilt stoppen drukt u op de escape toets of op F2. Op het beeldscherm verschijnt een scherm met de tekst “systeem leegpompen” en gedurende 15 seconden wordt het flowsysteem van INNOVA 2000 ‘leeggepompt’ om de uitlaatgassen te verwijderen. Natuurlijk moet u voorafgaand aan het beëindigen de opnamesonde uit de uitlaat verwijderen.
13 Meting lambdasonde Vanuit het benzinemenu kunt U Meting lambdasonde selecteren. Tijdens deze meting kunt U de spanning van de lambdasonde met behulp van de multimeterkabel meten en grafisch presenteren. Onder de instellingen knop kunt U weer diverse instellingen wijzigen en gegevens invoeren. Test Equipment Nederland B.V.
‘schoon’ is. De blijvende HC piek kan bijvoorbeeld worden veroorzaakt door ingedampte filters of door verontreinigt condens. Activeert U de test, dan zal de INNOVA 2000 net zo lang blijven leegpompen totdat alle verontreiniging is weggenomen. De test wordt dan automatisch afgebroken.
15 Systeemdiagnose Vanuit het Benzinemenu kunt U Systeemdiagnose selecteren. U komt nu in het Systeemdiagnosemenu. In dit menu kunt U de status van het meetsysteem opvragen en diverse systeemtests uitvoeren. Systeeminformatie Dit scherm vertelt U alles omtrent de status van het meetsysteem.
Pagina 32
Lektest Tijdens de lektest wordt bekeken of de lekdichtheid van het flowsysteem voldoet aan de gestelde eisen. Volg de aanwijzingen op het beeldscherm op. Er wordt van U verlangd dat U de lektestadapter aansluit op de opnamesonde. Hierdoor ontstaat een gesloten gaskring, die kan worden getest op lekdichtheid. Na het activeren van de test wordt de gaskring vacuüm gepompt en wordt er gecontroleerd hoe hoog het drukverlles is.
Pagina 33
De HC-residu test Tijdens deze test wordt bepaald hoe hoog de concentratie HC (koolwaterstoffen) in de omgevingslucht is. De waarde niet mag hoger zijn dan 20 ppm vol. Is dit echter wel het geval, dan wordt de uitlaatgasmeting geblokkeerd. U zult in dit geval de test opnieuw moeten uitvoeren en deze met positief resultaat moeten afronden. Tijdens de HC-residu test wordt de omgevingslucht aangezogen door de opnameslang en opnamesonde.
Uit het hoofdmenu kunt U Gebruikersmenu selecteren. Het gebruikersmenu laat U zien welke software versie er in de INNOVA 2000 geïnstalleerd zijn en biedt U de mogelijkheid verschillende gegevens in te voeren of te wijzigen. Test Equipment Nederland B.V. (C) Pagina 34 Versie 5.00 Augustus 2008...
Vervanging of modificatie van de software is niet toegestaan. Database-informatie Dit is een optie die niet wordt ondersteund in de Nederlandse versie van de Innova 2000. Deze optie is daarom niet actief. Werkplaatsgegevens Om op elk meetrapport dat U afdrukt uw bedrijfsnaam te krijgen, kunt U uw bedrijfsgegevens in dit programmaonderdeel instellen.
Klik vervolgens op de knop toepassen om de nieuwe instelling te bewaren. De tijd die U instelt is niet afkomstig uit de PC maar uit het meetsysteem. Let er dus op dat, indien U uw PC tijdsaanduiding aanpast, niet de tijdsaanduiding van de INNOVA 2000 aangepast is. 18 Onderhoud Normaal gesproken wordt tijdens het meetprogramma door middel van een melding aangegeven of de weerstand in het aanzuigsysteem te hoog is geworden om aan de gestelde eisen te voldoen.
Het beeldscherm Reinig het beeldscherm met een zachte doek. Gebruik eventueel een mild reinigingsmiddel op de doek, zoals bijvoorbeeld Glassex. Gebruik nooit agressieve reinigingsmiddelen zoals benzine of thinner! Spuit nooit direct reinigingsmiddel op het beeldscherm! De meeteenheid en onderzetwagen Reinig ook deze delen met een zachte doek. Gebruik eventueel een mild reinigingsmiddel op de doek, zoals bijvoorbeeld Glassex.