Over: Hiermee geeft u het IMEI-nummer, de autorisatiecode, de software, de licentie en informatie over
regelgeving weer.
Het kompas kalibreren
Kalibreer het elektronische kompas buiten. Zorg dat u zich niet in de buurt bevindt van objecten die invloed
uitoefenen op magnetische velden, zoals voertuigen, gebouwen of elektriciteitskabels.
Als uw kompas niet goed werkt, bijvoorbeeld nadat u lange afstanden hebt afgelegd of na extreme
temperatuurveranderingen, kunt u het handmatig kalibreren.
1 Druk op de startpagina op
2 Selecteer Instellingen > Systeem > Kompaskalibratie.
3 Volg de instructies op het scherm.
Tijdinstellingen
Druk op de startpagina op
> Tijd.
Tijdweergave: Hiermee stelt u de 12- of 24-uursklok in.
Tijdzone: Hiermee stelt u de tijdzone voor het toestel in.
Zomertijd: Hiermee kunt u zomertijd instellen op het toestel. Deze optie is niet beschikbaar wanneer Tijdzone is
ingesteld op Automatisch.
Eenheden instellen
Druk op de startpagina op
> Eenheden.
Positieweergave: Hiermee stelt u de indeling in die wordt gebruikt voor geografische positiecoördinaten en het
coördinatensysteem dat wordt gebruikt door de kaart
Snelheid/afstand: Hiermee stelt u de maateenheid voor afstand in.
Windsnelheid: Hiermee stelt u de maateenheid voor windsnelheid in.
Temperatuur: Hiermee stelt u de maateenheid voor temperatuur in op Celsius (°C) of Fahrenheit (°F).
Peiling: Hiermee stelt u de noordreferentie van het kompas in op het ware noorden of het magnetische noorden.
Instellingen voor positieformaat
OPMERKING: Wijzig de positieweergave of het coördinatensysteem op basis van kaartdatum alleen als u een
kaart gebruikt die een andere positieweergave voorschrijft.
Druk op de startpagina op
> Eenheden > Positieweergave.
Formaat: Hiermee selecteert u de positieweergave waarmee een locatie wordt aangeduid.
Datum: Hiermee stelt u het coördinatensysteem van de kaart in.
Sferoïde: Hiermee geeft u het coördinaatsysteem weer dat door het toestel wordt gebruikt. Het
standaardcoördinaatsysteem is WGS 84.
Het toestel aanpassen
LET OP
of
om door de hoofdmenuopties te bladeren.
of
om door de hoofdmenuopties te bladeren. Selecteer Instellingen > Systeem
of
om door de hoofdmenuopties te bladeren. Selecteer Instellingen > Systeem
of
om door de hoofdmenuopties te bladeren. Selecteer Instellingen > Systeem
(Instellingen voor positieformaat,
pagina 13).
13