Algemene informatie over KNX-Secure
5.1 Inbedrijfstelling met "KNX-data-secure"
Voor de veilige communicatie is de FDSK (Factory Device Setup Key) nodig. Als een KNX-product
met ondersteuning van "KNX-data-secure" in een regel wordt ingevoegd, vraagt de ETS om
invoer van de FDSK. Deze apparaatspecifieke sleutel is afgedrukt op het etiket van het apparaat
en kan ofwel via het toetsenbord worden ingevoerd, ofwel met behulp van de codescanner of de
camera van de notebook worden ingelezen.
Voorbeeld-FDSK op etiket op apparaat:
De ETS genereert na invoer van de FDSK een apparaatspecifieke toolsleutel. Via de bus stuurt
de ETS de toolsleutel naar het apparaat dat moet worden geconfigureerd. De overdracht wordt
met de oorspronkelijke en voorheen ingevoerde FDSK-sleutel versleuteld en geverifieerd. Noch
de toolsleutel, noch de FDSK-sleutel worden niet-gecodeerd via de bus verstuurd.
Het apparaat accepteert na de vorige actie alleen nog de toolsleutel voor verdere communicatie
met de ETS.
De FDSK-sleutel wordt niet meer gebruikt voor verdere communicatie, tenzij het apparaat wordt
teruggesteld naar de fabrieksinstellingen. Daarbij worden alle ingestelde, veiligheidsrelevante
gegevens gewist.
De ETS genereert zo veel tijdelijke sleutels als nodig zijn voor de groepscommunicatie die men
wil beschermen. Via de bus stuurt de ETS de tijdelijke sleutel naar het apparaat dat moet
worden geconfigureerd. De overdracht vindt plaats wanneer het apparaat via de toolsleutel
wordt versleuteld en geverifieerd. De tijdelijke sleutels worden nooit niet-gecodeerd via de bus
verstuurd.
De FDSK wordt in het project opgeslagen en is in het projectoverzicht te zien.
Bovendien kunnen alle sleutels door dit project worden geëxporteerd (back-up).
Bij de projectplanning kan vervolgens worden gedefinieerd welke functies/objecten beveiligd
moeten communiceren. Alle objecten met versleutelde communicatie zijn in de ETS te
herkennen aan het pictogram "Secure".
5.2 Inbedrijfstelling zonder "KNX-data-secure"
Als alternatief kan het apparaat ook zonder KNX-data-secure in bedrijf worden genomen. In dit
geval is het apparaat niet beveiligd en gedraagt het zich als andere KNX-apparaten zonder de
functie KNX-data-secure.
Voor de inbedrijfstelling van het apparaat zonder KNX-data-secure markeert u het apparaat in
de paragraaf 'Topologie' of 'Apparaat' en zet u in het gedeelte 'Eigenschappen' op het tabblad
'Instellingen' de optie 'Veilige inbedrijfstelling' op 'Gedeactiveerd'.
KNX producthandleiding HU 1, HU 1 RF
8