Inbedrijfstelling en instelling van de installatie
Warmtepomp
Buitentemperatuur [ °C]
-10
-11
-12
-13
-14
-15
-16
Tabel 8 Max. verwarmingsvermogen bij verschillende buitentemperaturen en 55 °C aanvoertemperatuur
Q [kW]
40
38
36
34
32
30
28
26
24
22
20
18
16
14
12
10
8
6
4
2
0
-20
-15
Afb. 30 Diagram bij tab. 8; voor het bepalen van het bivalentiepunt bij 55 °C aanvoertemperatuur
[A] Gebouwenrichtlijn
[B] Bivalentiepunt van de geselecteerde warmtepomp
[Q] Behoefte verwarmingsvermogen
[T] Buitentemperatuur
[1]
Stooklijn van de warmtepomp WLW-4 MB A H
[2]
Stooklijn van de warmtepomp WLW-5 MB A H
22
WLW-4 MB A H
WLW-5 MB A H
3,01
4,69
2,91
4,57
2,81
4,45
2,71
4,33
2,61
4,21
2,52
4,09
2,42
3,97
A
A
-10
-5
WLW-7 MB A H
Maximaal verwarmingsvermogen [kW]
5,18
5,05
4,91
4,78
4,64
4,50
4,37
B
0
5
[3]
Stooklijn van de warmtepomp WLW-7 MB A H
[4]
Stooklijn van de warmtepomp WLW-10 MB A R
[5]
Stooklijn van de warmtepomp WLW-12 MB A R
WLW-10 MB A R
WLW-12 MB A R
9,32
10,6
9,21
10,51
9,1
10,42
8,99
10,33
8,88
10,24
8,76
10,15
8,65
10,06
5
4
3
1
10
15
HF-Set HYC40 – 6721877631 (2024/07)
2
20
T [°C]
0010052181-003