Wasgoed ruikt niet naar de wasverzach-
ter. (**)
• Wasmiddel is in het verkeerde vak ge-
daan. >>> Indien het wasmiddel in het
voorwasvak is gedaan zonder het selec-
teren van een voorwas product, kan het
dit wasmiddel opnemen tijdens de spoel-
of wasverzachterfase. Was en reinig de
lade met heet water. Doe het wasmiddel
in het juiste vak.
• Wasmiddel is gemengd met de wasver-
zachter. >>> Meng geen wasverzachter
met wasmiddel. Was en reinig de lade
met heet water.
Wasmiddelresten in de wasmiddellade.
(**)
• Wasmiddel is in een natte lade gedaan.
>>> Droog de wasmiddellade voor er
wasmiddel in te doen.
• Wasmiddel is vochtig geworden. >>> Be-
waar wasmiddel afgesloten in een vocht-
vrije ruimte en stel deze niet bloot aan
extreme temperaturen.
• Waterdruk is laag. >>> Controleer de wa-
terdruk.
• Het wasmiddel in het hoofdwasvak is nat
geworden tijdens de waterinname voor
de voorwas. Gaten van het wasmiddel-
vak zijn geblokkeerd. >>> Controleer de
gaten en reinig deze als ze zijn verstopt.
• Er is een probleem met de wasmiddella-
dekleppen. >>> Bel de Geautoriseerde
Onderhoudsmonteur.
• Wasmiddel is gemengd met de wasver-
zachter. >>> Meng geen wasverzachter
met wasmiddel. Was en reinig de lade
met heet water.
• De trommel is niet regelmatig gereinigd.
>>> Reinig de trommel regelmatig. Voor
deze procedure, zie Het reinigen van de
laaddeur en de trommel [} 39]
Er vormt zich te veel schuim in het pro-
duct. (**)
• Er worden voor de wasmachine onjuiste
wasmiddelen gebruikt. >>> Gebruik ge-
schikte wasmiddelen voor de wasmachi-
ne.
• Er is teveel wasmiddel gebruikt. >>> Ge-
bruik uitsluitende de benodigde hoeveel-
heid wasmiddel.
• Wasmiddel was bewaard onder onjuiste
omstandigheden. >>> Bewaar wasmiddel
op een afgesloten en droge plek. Bewaar
deze niet in overmatige warme plekken.
• Sommige netachtige stoffen zoals voile
kunnen te veel schuimen door hun weef-
selstructuur. >>> Gebruik kleinere hoe-
veelheden wasmiddel voor dit soort arti-
kelen.
• Wasmiddel is in het verkeerde vak ge-
daan. >>> Zorg ervoor dat u het wasmid-
del in het correcte vakje plaatst.
• Wasverzachter wordt te vroeg ingeno-
men. >>> Er kan een probleem zijn in de
kleppen of in de wasmiddellade. Bel de
Geautoriseerde Onderhoudsmonteur.
Er komt schuim uit de wasmiddellade.
• Er is te veel wasmiddel gebruikt. >>>
Meng 1 eetlepel verzachter en ½ l water
en giet in het hoofdwasvak van de was-
middellade. >>> Plaats een dusdanige
hoeveelheid wasmiddel in de machine
geschikt voor de programma´s en maxi-
male lading zoals aangegeven in¨"Tabel
programma en verbruik". Indien u chemi-
sche producten toevoegt (vlekverwijde-
raars, bleekmiddelen, etc.) dient u de
hoeveelheid wasmiddel te verminderen.
Wasgoed blijft nat na het beëindigen van
het programma. (*)
• Er heeft overmatige schuimvorming
plaatsgevonden en het automatische
schuimabsorptiesysteem is ingeschakeld
door het gebruik van te veel wasmiddel.
>>> Gebruik de aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel.
(*) Het product schakelt niet naar de centri-
fugeerfase wanneer het wasgoed niet
evenwichtig verdeeld is in de trommel om
schade aan de machine en zijn omgeving
te vermijden. Het wasgoed moet worden
herverdeeld en opnieuw gecentrifugeerd
worden.
NL / 44