90
Beschrijving van opties voor voorkeuze, voorkeuzetraject
en schaduwtraject
Preset (Voorinstelling)
Preset tour
(Voorkeuzetraject)
Shadow tour
(Schaduwtraject)
PTZ-instellingen
Met dit menu kunt u de PTZ-instellingen wijzigen. Deze kunnen in elke volgorde worden gewijzigd.
PTZ-instellingen definiëren
1. Ga in het menu PTZ naar de keuzelijst Camera en selecteer de PTZ-camera waarvan u de
instellingen wilt wijzigen.
2. Configureer de instellingen voor Baud Rate (Baudsnelheid), Data Bits (Databits), Stop Bits
(Stopbits), Parity (Pariteit) en Flow Ctrl (Datatransportbesturing). Selecteer voor elke optie
afzonderlijk de vereiste configuratie zoals deze is verschaft door de fabrikant van de
domecamera. Bijvoorbeeld, de configuratie voor GE Security is: (standaard)
Baudsnelheid – 9600
Databits – 8
Stopbit – 1
Pariteit – Geen
Datatransportbesturing – Geen
Dit getal van 3 cijfers correspondeert met een positie, zoominstelling, brandpuntsafstand
en diafragma van de camera. U kunt maximaal 128 voorkeuzenummers opslaan.
Opmerking: De gebruikte PTZ moet in staat zijn een voorkeuzefunctie te ondersteunen.
Elk voorkeuzetraject heeft diverse cruise-punten. Een voorkeuzepunt heeft:
Een voorkeuzenummer.
Een intervaltijd. Dit is de tijd gedurende welke de PTZ-camera op het
voorkeuzenummer blijft staan.
Een intervalsnelheid. Dit is de snelheid waarmee de PTZ overschakelt naar het
voorkeuzenummer.
U kunt maximaal 16 sequenties opslaan.
Opmerking: De gebruikte PTZ moet in staat zijn de sequentiefunctie te ondersteunen.
Met de functie ShadowTour (Schaduwtraject) wordt het bewegingstraject van de PTZ
onthouden.
Opmerking: De gebruikte PTZ moet in staat zijn de schaduwtrajectfunctie te
ondersteunen.
TruVision DVR 40 Gebruikershandleiding