Gebalanceerde audio-aansluitingen (Bron 1 en 2)
Het onderstaande diagram laat zien hoe u de 851A via de gebalanceerde audio-
ingangen op de Azur 851C Upsampling cd-speler/DAC kunt aansluiten met behulp
van drie-pens XLR-connectoren. De 851A kan ook worden aangesloten op niet-
Cambridge Audio-bronnen met gebalanceerde uitgangen.
851A
851C
Gebalanceerde aansluitingen in een audio-systeem zijn bedoeld om ruis
die ontstaat in voedingskabels, etc. tegen te gaan, evenals de effecten van
vervuiling in de stroomvoorziening via aarde-aansluitingen. Het basisprincipe van
gebalanceerde onderlinge aansluitingen is dat het signaal dat u wilt verkrijgen,
ontstaat door opheffing van negatieve invloeden, door gebruikmaking van een
drie-aderige aansluiting. Eén signaaldraad (de spanningsvoerende draad of
fasedraad) voert het normale signaal, terwijl de andere signaaldraad (de niet-
spanningsvoerende of fase-omgekeerde draad) een omgekeerde versie voert.
De gebalanceerde ingang neemt het verschil tussen de twee aders waar en zo
ontstaat het gewenste signaal. Eventuele ruisspanning die op identieke wijze
in beide aders ontstaat (zogenaamde common-mode signalen) wordt door de
opheffing van negatieve invloeden teniet gedaan Een bijkomend voordeel is dat de
aansluiting effectief tweemaal het signaalniveau voert en dat daardoor de signaal/
ruis-verhouding verbetert.
De 851A en de 851C zijn zo ontworpen dat zij het beste presteren wanneer een
gebalanceerde aansluiting wordt gebruikt.
Mode
Opmerking: Om de gebalanceerde ingang te selecteren op Bron 1 of 2, kunt u
met de knoppen 'Source 1' en 'Source 2' op het voorpaneel schakelen tussen
'gebalanceerde' en 'niet-gebalanceerde' ingang.
Bedieningsinstructies
Volume
Mode
Draai aan de volumeknop op het voorpaneel (of gebruik de afstandsbediening).
Op de display wordt de volumeaanpassing weergegeven in decibels (dB). 'OdB'
geeft het maximale volume aan, lagere volume-instellingen worden met negatieve
waarden aangeduid. Via het configuratiemenu kunt u de volumeweergave wijzigen
in waarden tussen 0 tot 96.
'Speaker A/B' (Luidsprekers A/B)
Speaker A/B
Druk op de knop 'Speaker A/B' om te schakelen tussen de luidsprekersets die op
het achterpaneel zijn aangesloten: luidsprekerset A, B of A plus B.
'Balance' (Balans)
Mode
Druk op de knop 'Mode' om de balansmodus te activeren. In de display verschijnt
de aanduiding BALANCE; u kunt nu de balans regelen met de volumeknop. Druk
nogmaals op de knop 'Mode' om terug te gaan naar de volumemodus. U kunt ook 5
seconden wachten; de 851A verlaat dan automatisch de balansmodus.
'Bass/Treble' (Hoge/lage tonen)
Deze knoppen zijn voor de fijnregeling van de toonbalans. Ze passen alleen het
geluid aan dat door de luidsprekers en de 'Pre-Out'-aansluitingen komt en hebben
geen invloed op de signalen die via de 'Tape Out'-aansluitingen worden doorgegeven.
Bij een goed geproduceerde cd en een goed systeem is toonafregeling niet nodig
en kunt u deze functie uitschakelen met een druk op de knop 'Direct':
de functie wordt volledig uit het signaalpad verwijderd, wat een maximaal
Volume
natuurgetrouwe weergave oplevert. Wanneer de muziekopname van mindere
kwaliteit is of wanneer de geluidskwaliteit door andere factoren wordt beïnvloed,
kunt u dit desgewenst met de toonregeling compenseren. Druk, als u de functies
voor toonregeling wilt gebruiken, op de knop 'Direct'. Het 'Bass/Treble'-pictogram
b t
(
) licht op in de display; dit geeft aan dat de functies actief zijn en dat de stand
Direct is uitgeschakeld. Druk nu op de knop 'Bass' of 'Treble' om deze functies te
activeren; druk ze nogmaals in als u klaar bent met de afregeling:
De 851A slaat voor elke ingang afzonderlijk op of de Direct-modus in- of
uitgeschakeld is. Het is bijvoorbeeld mogelijk om de functies voor toonregeling wel
automatisch geactiveerd te hebben voor de bron Tuner, maar niet voor de bron CD.
azur
851A
Volume
Volume
Volume
Bass
Treble
Direct
Bass
Treble
Direct
69