Snij de zuigslang (6) op de gewenste lengte.
Schuif de slangklem (5) over de zuigslang (6).
Schuif de zuigslang (6) op de zuigpijp (4) aan de pomp.
Schuif de slangklem (5) tot aan de zuigpijp (4) en zet de slangklem vast met behulp van een
schroevendraaier.
Voorzichtig!
Gevaar voor productbeschadiging
Pomp alleen in verticale toestand op een voorraadtank monteren en gebruiken.
Ÿ
Schroef de pomp met behulp van de vatschroefverbinding (3) vast in de opening van de
voorraadtank.
De pompafvoer kan in ingeschroefde toestand in iedere gewenste stand worden gebracht
door aan het pomphuis (1) te draaien.
Schroef de wartelmoer (14) van de zwarte uitlaatslang op de perspijp (13) aan de pomp.
Schroef het vrije uiteinde van de uitlaatslang met de uitwendige schroefdraad (16) in de
schroefdraad van het vulpistool (11 resp. 20).
Voorzichtig!
Gevaar voor productbeschadiging
De stroombron moet over de correcte spanning voor het pomptype beschikken.
Ÿ
Sluit de pomp met behulp van de netstekker aan op een stroombron.
De pomp is klaar voor inwerkingstelling.
4. Werking
4.1 Eerste gebruik en inwerkingstelling na stilstand
Voorzichtig!
Gevaar voor productbeschadiging
Voor het eerste inschakelen van de pomp en bij gedaalde vloeistofkolom: Diesel of
Ÿ
stookolie manueel oppompen, aangezien het drooglopen van de pomp de oliekeerring
kan vernielen.
Pomp voorbereiden voor de werking:
Houd het vulpistool (9 resp. 17) in een opvangvat.
Druk op de vulhendel (10 resp. 19) en houd deze ingedrukt of zet hem vast met de
blokkeergrendel (18) (bij uitvoering met automatisch vulpistool).
Pomp zo lang vloeistof op met de handhefboom (2) tot de vloeistof uit het vulpistool (9 resp.
17) stroomt.
De pomp is klaar om te worden ingeschakeld.
+49 (6158) 92980-0
7