Stappen
1. Plaats de systeemkaart op de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
2. Plaats de twee schroeven (M2x2) terug waarmee de systeemkaart op de palmsteun- en toetsenbordeenheid wordt bevestigd.
3. Duw de plaat van het linker beeldschermscharnier omlaag en plaats de schroef (M2.5x3.5) en de twee schroeven (M2.5x5) terug
waarmee de plaat van de rechter beeldschermscharnier aan de systeemkaart wordt bevestigd.
4. Sluit de kabel van de ventilator aan op de systeemkaart.
5. Sluit de I/O-kabel aan op de systeemkaart en sluit de vergrendeling.
6. Bevestig de zwarte tape waarmee de I/O-kabel aan de ventilator wordt bevestigd.
7. Sluit de beeldschermkabel aan op de systeemkaart en bevestig de kabel met de tape.
8. Sluit de kabel van de voedingsadapterpoort aan op de systeemkaart.
9. Bevestig de zwarte tape waarmee de kabel van de voedingsadapterpoort aan de systeemkaart wordt bevestigd.
10. Plaats de beugel van de USB Type-C-poort in de slot op de palmsteun- en toetsenbordeenheid.
11. Plaats de twee schroeven (M2x5) terug waarmee de USB Type-C-poortbeugel op de systeemkaart wordt bevestigd.
12. Sluit de luidsprekerkabel aan op de systeemkaart.
13. Sluit de touchpadkabel aan op de systeemkaart en sluit de vergrendeling om de touchpadkabel te bevestigen.
14. Sluit de toetsenbordkabel aan op de systeemkaart en sluit de vergrendeling om de toetsenbordkabel te vergrendelen.
15. Sluit de kabel van de toetsenbordverlichting aan op de systeemkaart en sluit de vergrendeling om de toetsenbordkabel, indien van
toepassing, te vergrendelen.
58
Onderdelen verwijderen en plaatsen