Adres
Als de regelaar in een datacommunicatienetwerk is opgenomen moet een adres
worden ingesteld en dit adres moet worden doorgegeven aan de master-gateway.
Deze instellingen kunnen alleen worden gedaan als de datacommunicatie naar de
gateway in orde is. Het installeren van de datacommunicatie is vermeld in brochure
"RC8AC.. "
Het adres in te stellen van 1 t/m 119.
Het adres wordt verzonden naar de gateway bij instelling op ON
Toegangscode 1 (toegang tot alle instellingen)
Als de menu-instellingen van de regelaar beschermd moeten worden met een toe-
gangscode, kan hier een waarde tussen 0 en 100 ingesteld worden. Met een waarde
van 0 is de functie niet actief. (99 geeft altijd toegang)
Sensor type
Normaal worden Pt 1000 sensors met grote nauwkeurigheid toegepast. Er kunnen
echter ook PTC (1000 Ohm bij 25°C) of NTC sensors (5000 Ohm bij 25°C) worden
toegepast.
Alle aangesloten sensoren moeten van hetzelfde type zijn.
Nauwkeurigheid display
Yes: geeft stappen van 0,5 °C
No: geeft stappen van 0,1 °C
Maximum "standby" tijd na gecoördineerde ontdooiing
Als een regelaar zijn ontdooiing heeft beëindigd zal deze op een signaal wachten
alvorens weer te gaan inspuiten. Als het signaal onverhoopt wegblijft zal de regelaar
zichzelf weer opstarten als deze standby tijd is verstreken.
Configuratie van lichtfunctie
1) Relais schakelt in tijdens nachtconditie
2) Relais wordt geregeld via datacommunicatie
3) Relais wordt geregeld door de deurschakeling gedefinieerd in o02 waar de instel-
ling 2 of 3 is. Zodra de deur wordt geopend, zal het lichtrelais schakelen. Wanneer de
deur weer gesloten wordt, zal het licht nog twee minuten aan blijven om insluiting te
voorkomen.
Activering van lichtrelais
Het lichtrelais kan hier geactiveerd worden, maar alleen als o38 op 2 ingesteld is.
Schoonmaakfunctie
De status van de functie kan hier worden gevolgd of de functie kan handmatig wor-
den gestart.
0 = Normale regeling (geen schoonmaak)
1 = koeling uit, ventilatoren aan. Alle andere uitgangen zijn uit.
2 = alle uitgangen uit.
Als de functie wordt geregeld door een signaal op DI ingang, kan de relevante status
hier worden uitgelezen.
Toegangscode 2 (beperkte toegang)
Deze code geeft toegang tot het aanpassen van waarden, maar niet tot configuratie-
instellingen. Als de menu-instellingen van de regelaar beschermd moeten worden
met een toegangscode, kan hier een waarde tussen 0 en 100 ingesteld worden. Met
een waarde van 0 is de functie niet actief. Als deze functie wordt gebruikt, moet
toegangscode 1 (o05) ook worden gebruikt.
Kopiëren van huidige instellingen regelaar
Met deze functie kunnen de instellingen van de regelaar gekopieerd worden naar
een kopieersleutel. De sleutel kan 25 verschillende instellingen bevatten. Selecteer
hier een nummer. Alle instellingen, behalve die voor 'Adres' (o03), worden gekopieerd.
Als het kopiëren is gestart zal op de display weer o65 verschijnen. Na twee seconden
kan aan de status in parameter o65 worden gezien of het kopiëren is gelukt.
Zie hoofdstuk 'Foutmeldingen' voor de betekenis van de statusmeldingen.
Kopiëren van kopieersleutel
Deze functie kopieert een eerder opgeslagen set instellingen naar de regelaar. Select-
eer het relevante nummer. Alle instellingen, behalve die voor 'Adres' (o03), worden
gekopieerd. Als het kopiëren is gestart zal op de display weer o66 verschijnen. Na
twee seconden kan aan de status in parameter o65 worden gezien of het kopiëren is
gelukt.
Zie hoofdstuk 'Foutmeldingen' voor de betekenis van de statusmeldingen.
Opslaan als fabrieksinstelling
Met deze instelling worden de huidige instellingen van de regelaar opgeslagen als
'nieuwe' basisinstelling (de originele fabrieksinstellingen worden overschreven).
Toepassing S5 sensor
Houdt deze instelling op 0 als de S5 sensor in D10 als ontdooisensor is gedefinieerd.
Als D10 is ingesteld op 0 of 2 kan de S5 sensor ook worden gebruikt als product- of
condensorsensor.
0: Ontdooisensor
1: Productsensor
2: Condensorsensor met alarmering
12
Handleiding RS8DZ410 © Danfoss 02-2006
Na installatie van een datacommu-
nicatiemodule kan de regelaar op
dezelfde manier bediend worden als
alle andere ADAP-KOOL regelaars.
o03
o04
o05
-
o06
SensorConfig
Pt = 0
PTC = 1
NTC = 2
o15
Disp. Step = 0.5
o16
Max HoldTime
o38
Light config
o39
Light remote
o46
Case clean
o64
-
o65
-
o66
-
o67
-
o70
S5 Config
EKC 202