Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Dcc-Format - tams elektronik MasterControl Handleiding

Centrale voor digitale besturing easycontrol
Verberg thumbnails Zie ook voor MasterControl:
Inhoudsopgave

Advertenties

Nederlands
Online-programmering voor Motorola-decoders
Voor onze loc- en functiedecoders in het Motorola II-format hebben wij het "Online-
programmeren" ontwikkeld. Afhankelijk van de decoder kunt u b.v.:
!
het nieuwe adres direct (zonder invoer van het oude adres) invoeren.
!
tijdens het programmeren van de rijeigenschappen (snelheidskromme, optrek- en
afremkromme) direct (online) de instellingen controleren daar de loc op een railovaal met de
ingestelde waarden rijdt. Zodra de gewenste waarden bereikt zijn kunt u deze direct (online)
opslaan.
!
aan de functie-uitgangen bepaalde schakelfuncties toewijzen.

11.2. DCC-format

Het DCC-format werd door de firma Lenz** ontwikkeld en door de Amerikaanse NMRA (National
Model Railroad Association) als standaard aangenomen.
Dataoverdracht in DCC-format
De data wordt in DCC-format voortdurend verzonden, daarom ontstaat er geen gelijkspanning op
de rails. In tegenstelling tot digitale modelbanen die met het Motorola-format worden aangestuurd
rijden hier de analoge locs dus niet direct weg. Op DCC-modelbanen is het in principe mogelijk om
behalve de gedigitaliseerde locs telkens één analoge loc via de centrale aan te sturen. De
daarvoor benodigde rijsignalen worden op de digitale signalen gezet en beïnvloeden de
gedigitaliseerde locs niet. Deze methode voor het aansturen van analoge locs is echter niet aan te
bevelen daar de motoren van de locs op den duur door de overspanning op de digitale signalen
beschadigd kunnen worden. Daarom ondersteunt EasyControl het aansturen van analoge locs
niet.
Mogelijkheden in DCC-format
In DCC-format kunnen max. 10.239 adressen worden gebruikt en max. 13 (in de toekomst max.
127) functies, max. 128 rijstappen en de absolute rijrichting worden opgegeven. Hoeveel
adressen, functies en rijstappen er concreet kunnen worden gebruikt is afhankelijk van de
componenten (centrale, decoders).
CV-programmering
Bij de huidige gebruikelijke CV-programmering worden de eigenschappen van Configuratie
Variabelen (CVs) gedefinieerd. De betekenis van de CVs is gedetailleerd vastgelegd in de
aanbevelingen van de NMRA. Iedere variabele bestaat uit 8 bits en kan de waarden van 0 tot 255
bevatten (daarom zijn lange adressen aan twee CVs toegewezen). De waarden kunnen op bit- of
byteniveau worden ingevoerd. Het invoeren op bitniveau is alleen zinvol wanneer elke bit een
eigen eigenschap definieert (b.v. CV29). In de tabel in hoofdstuk 11.2 zijn de meest voorkomende
CVs en hun mogelijke invoerwaarde (byteniveau) aangegeven.
Pageprogrammering en register-programmering
Voorlopers van de CV-programmering zijn de register-programmering en de pageprogrammering.
De
mogelijkheden voor het vastleggen van de decodereigenschappen zijn bij de register-
programmering beperkt. Hier staan slechts 8 registers ter beschikking om de eigenschappen van
de
decoder
vast
configuratiedata, versienummer, fabrikant). De mogelijke waarden van de registervariabelen
komen overeen met de CVs.
Pageprogrammering geeft de mogelijkheden die ook de CV-programmering heeft. De
eigenschappen van de decoder worden in de registervariabelen vastgelegd. Vier registers vormen
Pagina 11.2
te
leggen
(basisadres,
startspanning,
optreksnelheid,
MasterControl
remsnelheid,

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

25-01-100

Inhoudsopgave