Lader Bosch C80-Li I Bedieningshandleiding
3) Bij bepaalde voertuigen is het absoluut vereist om de voertuigelektronica bij het ver-
vangen van de accu niet van de stroomvoorziening los te koppelen. In zulke gevallen
kan de stroomvoorzieningsmodus worden gebruikt om de voertuigelektronica van
stroom te voorzien terwijl de accu wordt vervangen. Als de lastspanning onder 7,5 V
ligt, wisselt de lader in de stand-bymodus. In deze modus is er geen verpolingsbevei-
liging.
4.1
Impulslading
◾ Dit is een automatische laadfunctie die niet handmatig kan worden geselecteerd.
◾ Ligt de 12V-accuspanning in de modi 1, 2 & 4 bij het begin van het laden tussen 7,5
V (± 0,5 V) en 10,5 V (± 0,5 V), dan schakelt de lader automatisch op impuls over.
◾ Ligt de 6V-accuspanning in de modus 6 bij het begin van het laden tussen 3,75 V (±
0,5 V) en 5,25 V (± 0,5 V), dan schakelt de lader automatisch op impuls over.
4.2
Laadbehoudfase
De lader beschikt over een automatische laadbehoudfase met max. 1,2 A bij volle la-
ding.
4.3
Onderhoudsfase
Als de accu goed is geladen, licht de 100%-led op. De lader start de onderhoudsfase
om de accucapaciteit in volle toestand te houden.
4.4
Opslagfunctie
Wordt de lader tijdens het laden van het stroomnet gescheiden, dan slaat het apparaat
de voordien gekozen modus op. Bij het opnieuw aansluiten op het stroomnet en als de
accu van hetzelfde type (6 V of 12 V) is, start het apparaat automatisch in de laatste
modus. Bij een ander accutype (6 V en 12 V) schakelt hij in de stand-bymodus.
Attentie: Als het type van de aangesloten accu verschilt van de laatst gebruikte accu
(bijv. als ze de laatste keer in de koude/AGM-modus waren en u deze keer een normale
loodzuuraccu moet aansluiten), selecteer dan de modus handmatig opnieuw om een
overlading en beschadiging te vermijden.
Voor modus 4 (snellaadmodus), modus 5 (regeneratiemodus), modus 7 (spannings-
behoudmodus) en modus 8, 9 (push-modus), dan is er geen opslagfunctie.
4.5
Accuherkenning
Zodra de lader op een 7,3V-10,5V-accu is aangesloten, knipperen het 6V- en 12V-sym-
bool afwisselend, de lader probeert om de accuspanning in een omslachtige meetpro-
cedure te herkennen. Na 1 - 3 minuten herkent de lader of het bij de accu om een 6V-
of een 12V-accu gaat en wisselt de lader in de betreffende 6V-modus of de 12V-modus.
4.6
Overschrijvingsmodus
Als de lader herkent dat het bij de aangesloten accu om een 6V-accu gaat en de lader
in de 6V-modus wisselt, maar de gebruiker echter heel zeker is dat het om een 12V-ac-
cu gaat, dan kan de gebruiker de modustoets 5 seconden lang ingedrukt houden om de
lader in een willekeurige 12V-laadmodus te schakelen.
144
NL