6 Bediening
6.4.2 Parameters instellen
LET OP
Onjuiste bediening
Materiële schade!
▷ Ter beveiliging van het apparaat is een wijziging van de parametrering van de
vlotterschakelaar/digitale niveauschakelaar in 4 .. 20 mA alleen mogelijk als het
schakelpunt Pieklast niet is geactiveerd.
▷ Reservoir in handmatig bedrijf leegpompen.
AANWIJZING
De oproepbare parameters hangen af van de bedrijfswijze en de meetmethode.
Alleen de parameters die voor de desbetreffende bedrijfswijze en meetmethode
zinvol zijn, worden weergegeven.
Afb. 9: Parameters instellen
1. ESC-toets ingedrukt houden en op OK drukken.
ð Op het display wordt het 1e parameternummer (P 3-3-2) weergegeven.
2. Met pijltoetsen het gewenste parameternummer kiezen.
3. Parameternummer met OK bevestigen.
ð De parameterwaarde wordt direct weergegeven.
4. Met de pijltoetsen de parameterwaarde instellen:
ð Bij invoer van meercijferige getallen knippert het in te voeren cijfer.
ð Met OK of ESC een cijfer naar rechts of naar links opschuiven en nieuw cijfer
invoeren.
5. Invoer bevestigen met OK: parameterwaarde wordt opgeslagen.
ð Op het display wordt het parameternummer weergegeven.
6. Invoer met ESC afbreken: parameterwaarde blijft ongewijzigd.
ð Op het display wordt het parameternummer weergegeven.
7. Met ESC terug naar de meetwaarden.
LevelControl Basic 2
29 van 86