6. Neem het vastgelopen papier stevig vast aan beide zijden en trek het voorzichtig naar buiten.
Opmerking: Controleer of alle papierfragmenten zijn verwijderd.
7. Plaats de imagingeenheid door de pijlen op de zijrails van de eenheid uit te lijnen op de pijlen op de
zijrails in de printer en stop vervolgens de imagingeenheid in de printer.
8. Plaats de tonercartridge door de zijrails van de cartridge uit te lijnen op de pijlen op de zijrails in de
printer en plaats vervolgens de cartridge in de printer.
Snelle referentie
- 37 -