Pomp
BW/BD
Fig. 5.1
782-081-NL
www.robotpompen-onderdelen.nl
HSC
09-W13
5.
CONTROLEPUNTEN VOOR
DE INSTALLATIE
Voor het installeren en in gebruik nemen van de pomp
dienen de volgende punten gecontroleerd te worden.
5.1 Controle levering
Haal de pomp uit de verpakking en controleer hem op
eventuele transportschade.
Controleer of de levering compleet is.
5.2
Oliepeil
Controleer het oliepeil van het olietankje.
Aan de schroefdop bevindt zich een peilstok.
Het niveau dient tussen de merktekens te zijn.
5.3 Pompafdichtingen
Controleer of de waaier m.b.v. een T-sleutel met niet te
veel handkracht gedraaid kan worden (zie fig.5.1).
Met deze handeling worden klevende dichtingen op een
goede manier weer los gemaakt.
5.4 Opstelling
Controleer de aanwezigheid van alle onderdelen die voor
uw opstelling van belang zijn.
Zie hoofdstuk 7.
5.5 Aandrijving
De pomp kan aangedreven worden door een elektromotor,
een hydraulische motor of een verbrandingsmotor.
Let bij samenbouw op dat aan de eisen
van de Europese richtlijnen wordt voldaan.
Editie 4
info@pompdirect.nl
T +31(0)294-457712
Installatie &
Onderhoudsinstructie
7/21