Pauze instellen
Pauze na lijntoewijzing wijzigen
U kunt de lengte instellen van de pauze
die wordt ingevoegd tussen het moment
dat u de verbindingstoets c indrukt en
het moment dat het nummer wordt ver-
stuurd.
v
Hoofdmenu openen.
*#Q5#
L
Toetsen indrukken.
~
Cijfer voor de lengte van de
pauze invoeren (1 = 1 sec.;
2 = 3 sec.; 3 = 7 sec.) en
indrukken.
Pauze na R-toets wijzigen
U kunt de lengte van de pauze wijzigen als
dat vereist is voor uw telefooncentrale (zie
de gebruiksaanwijzing van de telefoon-
centrale).
v
Hoofdmenu openen.
*#Q5#
2
Toetsen indrukken.
~
Cijfer invoeren voor de lengte
van de pauze (1 = 800 ms;
2 = 1600 ms; 3 = 3200 ms)
en
indrukken.
§OK§
Kiespauze (pauze na netlijncode)
wijzigen
Voorwaarde: u heeft een netlijncode
¢
geprogrammeerd (
v
Hoofdmenu openen.
*#Q5#
Toetsen indrukken.
~
Waarde voor pauzelengte
(1 = 1 sec.; 2 = 2 sec.;
3 = 3 sec.; 4 = 6 sec.) invoeren
en
indrukken.
§OK§
Kiespauze invoegen: de toets S
2 seconden lang indrukken. In het display
verschijnt een P.
§OK§
pagina 68).
Basisstation op telefooncentrale aansluiten
Tijdelijk naar toonkiezen (TDK)
omschakelen
Als uw telefooncentrale nog met pulskie-
zen (IDK) werkt, terwijl voor een verbin-
ding toonkiezen nodig is (bijv. om voice-
mail te beluisteren), moet u tijdens het
gesprek overschakelen op toonkiezen.
Voorwaarde: u voert een gesprek of heeft
al een extern nummer gekozen.
*
Sterretje-toets indrukken.
Na het verbreken van de verbinding is het
toestel automatisch weer op impulskiezen
ingeschakeld.
69