Handleiding
1. Markering
Universele ingang/uitgang (HART)
FB7304*3
ATEX-certificaat: FIDI 21 ATEX 0013 U
ATEX-identificatie:
1
II 2G Ex db eb q IIC Gb
IECEx-certificaat: IECEx FIDI 21.0003U
IECEx-markering: Ex db eb q IIC Gb
Pepperl+Fuchs Group
Lilienthalstrasse 200, D-68307 Mannheim, Duitsland
Internet: www.pepperl-fuchs.com
2. Doelgroep, personeel
Verantwoordelijkheid voor planning, montage, indienstname, bediening,
onderhoud en demontage berust bij de bedrijfsoperators.
Het personeel moet adequaat geschoold en gekwalificeerd zijn om de
montage, de installatie, de indienstname, de bediening, het onderhoud en
het demonteren van het apparaat uit te voeren. Het geschoold en
gekwalificeerd personeel moet de handleiding doorlezen en begrijpen.
Voordat het product wordt gebruikt, dient u het product te leren kennen.
Lees de handleiding zorgvuldig door.
3. Verwijzing naar verdere documentatie
Neem wetten, normen en richtlijnen die betrekking hebben op het bedoeld
gebruik en de gebruikslocatie in acht. Neem richtlijn 1999/92/EG met
betrekking tot explosiegevaarlijke omgevingen in acht.
Neem wetten, normen en richtlijnen die betrekking hebben op het bedoeld
gebruik en de gebruikslocatie in acht.
De bijbehorende gegevensbladen, handleidingen,
conformiteitsverklaringen, EU-typecertificaten, certificeringen en control
drawings (indien van toepassing, zie gegevensblad) maken onderdeel uit
van dit document. Deze informatie vindt u op www.pepperl-fuchs.com.
Vanwege doorlopende aanpassingen verandert de documentatie
voortdurend. Raadpleeg alleen de meest recente versie op www.pepperl-
fuchs.com.
4. Bedoeld gebruik
Het apparaat is uitsluitend goedgekeurd voor het bedoeld gebruik. Bij het
negeren van deze handleiding zullen eventuele garantie en
aansprakelijkheid van de fabrikant komen te vervallen.
Gebruik het apparaat uitsluitend binnen het gespecificeerde bereik van de
omgevingstemperatuur.
Gebruik het apparaat uitsluitend binnen de gespecificeerde
omgevingsomstandigheden en gebruikssituatie.
Gebruik het apparaat uitsluitend op een vaste locatie.
De I/O-modules, communicatie-eenheden, voedingen en
busaansluitmodules van het remote I/O systeem mogen alleen samen met
de bijbehorende montageborden worden gebruikt.
De verbindingen van het montagebord zijn niet-intrinsiek veilig.
De I/O-modules van het remote I/O systeem werken als een interface
tussen signalen van de explosiegevaarlijke omgeving en de veilige
omgeving.
5. Onjuist gebruik
De bescherming van het personeel en het bedrijf kan niet worden
gegarandeerd als het apparaat niet wordt gebruikt overeenkomstig het
bedoeld gebruik.
Het apparaat is niet geschikt voor het scheiden van signalen in elektrische
installaties, tenzij dit afzonderlijk wordt vermeld in het bijbehorende
gegevensblad.
6. Montage en installatie
Beschadigde of vervuilde apparaten mogen niet worden gemonteerd.
Neem de handleidingen voor de bijbehorende montageborden in acht.
Het apparaat mag uitsluitend worden gebruikt binnen het gespecificeerde
bereik van de omgevingstemperatuur en bij de gespecificeerde relatieve
vochtigheid zonder condensatie.
Monteer het apparaat niet op plekken met een mogelijk agressieve
atmosfeer.
Het apparaat is ontworpen voor gebruik bij verontreinigingsgraad II
conform IEC/EN 60664-1.
Het toestel dient uitsluitend te worden geïnstalleerd en gebruikt in een
omgeving met overbelastingsspanningscategorie II (of beter) conform
IEC/EN 60664-1.
Sluit het apparaat aan op een elektrische voeding die voldoet aan de
vereisten voor extralage veiligheidsspanning (SELV) of beveiligde
extralage veiligheidsspanning (PELV).
DOCT-7219 / 2021-04
De toegestane toegevoerde kortsluitstroom voor de componenten is 50 A.
Gebruik alleen accessoires die zijn gespecificeerd door de fabrikant.
Duw de module in het slot totdat alle vergrendelingen achter hoorbaar op
hun plek zijn gesprongen. De module moet twee keer vastklikken.
Duw modules niet met te veel kracht in de slots. De achterste
verbindingen van het apparaat kunnen beschadigd raken als er te veel
kracht wordt gebruikt. In dit geval is de explosiebeveiliging niet meer
gewaarborgd.
Neem de installatie-instructies conform IEC/EN 60079-14 in acht.
Het verbinden of loskoppelen van elektrisch geladen niet-intrinsiek veilige
circuits is alleen toegestaan bij afwezigheid van een potentieel
explosiegevaarlijke atmosfeer.
Voordat u circuits aansluit of loskoppelt als een potentieel
explosiegevaarlijke atmosfeer aanwezig is, moet u ervoor zorgen dat alle
niet-intrinsiek veilige circuits spanningsvrij en stroomvrij zijn.
De behuizing is af-fabriek afgedicht. Maak de behuizing niet open.
Als intrinsiek veilige en niet-intrinsiek veilige circuits samen worden
gebruikt, moeten de verbindingen van de niet-intrinsiek veilige circuits
worden afgeschermd. De afscherming moet voldoen aan
beschermingsgraad IP30 conform IEC/EN 60529.
Als intrinsiek veilige en niet-intrinsiek veilige circuits aanwezig zijn, mag de
afscherming met beschermingsgraad IP30 alleen worden verwijderd als
de niet-intrinsiek veilige circuits niet meer elektrisch geladen zijn
(spanningsvrij en stroomvrij).
Vereisten voor wartels
Neem de toegestane kerndoorsnede van de geleider in acht.
Houd rekening met de isolatiestriplengte.
Bij het installeren van de geleiders moet u erop letten dat de isolatie tot de
klem reikt.
Als u kabels gebruikt, dient u kabeleindbeschermingen te krimpen en deze
op de uiteinden van de geleider te plaatsen.
Connectoren voor niet-intrinsiek veilige circuits moeten mechanisch zijn
vastgezet.
Trek nooit aan de kabel. Er kan een draad losraken van de klem en dan is
bescherming tegen elektrische schokken niet langer gegarandeerd. Trek
altijd aan de klem.
Ongebruikte kabels en ingangspoorten moeten worden verbonden met
klemmen of goed worden vastgezet en worden geïsoleerd.
Vereisten voor algehele behuizingen
Het apparaat mag alleen worden aangebracht en bediend in Zone 1 als
het is gemonteerd in een algehele behuizing die voldoet aan equipment
protection level Gb.
Het apparaat mag alleen worden gemonteerd en bediend in algehele
behuizingen die
voldoen aan de vereisten voor algehele behuizingen conform
l
IEC/EN 60079-0,
beschermingsgraad IP54 hebben conform IEC/EN 60529.
l
Plaats de waarschuwingsmarkering "Waarschuwing – raadpleeg de
handleidingen!" op een zichtbare plaats op de algehele behuizing.
Plaats de waarschuwingsmarkering "Waarschuwing – niet-intrinsiek
veilige circuits beschermd door inwendige afscherming met
beschermingsgraad IP30!" op een zichtbare plaats op de algehele
behuizing.
Voorkom tijdens het monteren, bedienen of onderhouden van het
apparaat elektrostatische opladingen die kunnen leiden tot
elektrostatische ontladingen.
Plaats de waarschuwingsmarkering "Waarschuwing – voorkom
elektrostatische oplading!" op een zichtbare plaats op de algehele
behuizing.
7. Gebruik, onderhoud, reparatie
Beschadigde of vervuilde apparaten mogen niet worden gebruikt.
De behuizing is af-fabriek afgedicht. Maak de behuizing niet open.
Voer geen reparaties, wijzigingen of modificaties uit aan het apparaat.
Als er een defect wordt geconstateerd, vervangt u het apparaat altijd door
een origineel toestel.
Gebruik alleen accessoires die zijn gespecificeerd door de fabrikant.
Verwijder het apparaat alleen met het bijbehorende montagegereedschap.
De montagetool hanteert een verwijderingsproces dat uit twee stappen
bestaat.
1 . Ontgrendelen en wachten (raadpleeg de tabel voor de wachttijd)
2 . Verwijderen
Duw de module in het slot totdat alle vergrendelingen achter hoorbaar op
hun plek zijn gesprongen. De module moet twee keer vastklikken.
Duw modules niet met te veel kracht in de slots. De achterste
verbindingen van het apparaat kunnen beschadigd raken als er te veel
kracht wordt gebruikt. In dit geval is de explosiebeveiliging niet meer
gewaarborgd.
Neem IEC/EN 60079-17 in acht voor onderhoud en inspectie van
geassocieerde apparaten.
Als intrinsiek veilige en niet-intrinsiek veilige circuits samen worden
gebruikt, moeten de verbindingen van de niet-intrinsiek veilige circuits
worden afgeschermd. De afscherming moet voldoen aan
beschermingsgraad IP30 conform IEC/EN 60529.
1 / 2