6.16 Instellen van een beveiliging
Druk op de
knop om het beveiligingsvenster te openen
Om het systeem te beschermen tegen toegang door onbevoegden, zijn alle instellingen en parameters beveiligd
met een wachtwoord. Het standaardwachtwoord is "111".
Het systeem kan worden:
Vergrendeld, waar de instellingen niet gewijzigd kunnen worden.
Ontgrendeld, waar de instellingen gewijzigd kunnen worden.
Het systeem wordt automatisch vergrendeld na 30 minuten inactiviteit (d.w.z. als het scherm niet is aangeraakt) en
na een stroomcyclus.
Om het systeem te ontgrendelen, drukt u op de "****" knop en voert u het juiste wachtwoord in met het numerieke
toetsenbord.
Als dat lukt, verschijnen het ontgrendelingssymbool A en de knop 'systeemvergrendeling' B. Scherm figuur 37
Om het systeem te vergrendelen drukt u op de
LCR2652, BHD50 Niveauregelaar, Bedieningseenheid en Display
44
Fig. 36 Beveiligingsvenster
knop B.
IM-P693-11-NL EMM-UKn-02