B
Wanneer de pomp wordt afgekoppeld van het leidingwerk kunnen de beschermingskapjes weer worden
teruggeplaatst om lekkage te voorkomen. Voor het aansluiten van de persleiding op het systeem, dient de
pompkop en leidingen te worden ontlucht zoals getoond in fig. 8. Alvorens de persleiding definitief te bevestigen,
dient te worden gecontroleerd of de slagen van de pomp geen bewegingen van de complete pomp tot gevolg
hebben. In het geval van aanzuigproblemen, kan met een injectiespuit aan de persleiding vloeistof worden
aangezogen. Herhaal dit tot de vloeistof in de injectiespuit loopt. Gebruik een kort stuk leiding om de injectiespuit
aan de persaansluiting aan te sluiten. Indien de pomp is voorzien van een ontluchtingspompkop, draai dan de
ontluchtingskraan (B) open tot alle lucht uit de pomp is verwijderd.
f. - Probeer zowel de aanzuig als de persslang zo recht mogelijk te houden. Voorkom onnodige bochten in de leiding.
g. - Selecteer de meest geschikte plaats voor de persaansluiting en monteer hier een aansluitnippel met 3/8" gas
schroefdraad. Deze aansluitnippel wordt niet meegeleverd. Schroef de injectieklep in de aansluitnippel voorzien
van een afdichtingring. (fig.9) Sluit hierna de persleiding aan op de conische leidingaansluiting van de injectieklep
en klem deze vast met de wartel. De injectieklep dient tevens als terugslagklep(Viton).
N.B. De huls (D) mag niet worden verwijderd.
3.1 - Injectieklep installatie schema
Fig. 9
A - Leidingwerk
C - Injectieklep
M - Conische leidingaansluiting voor de
persslang
N - 3/8" stalen gasdraadaansluiting
G - Leidingsnippel
T - Polyethyleen slang
D - Terugslagklephuls
3.2 - Handmatig de slaglengte verstellen - (enkel op aanvraag voor de DLXB)
- Druk de knop (1) in en draai deze totdat de slaglengte goed staat afgesteld.
B
•
19
•
B
Fig. 8
1
Fig. 10