iTEMP TMT142B
Veiligheidsinstruc
ties: zone 0
Veiligheidsinstruc
ties: speciale
voorwaarden
Temperatuurtabe
llen
Endress+Hauser
• Bedien instrumenten in potentieel explosieve damp/lucht-mengsels
onder atmosferische omstandigheden:
• –50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C
• 0,8 bar ≤ p ≤ 1,1 bar
• Wanneer geen potentieel explosieve mengsels aanwezig zijn of
wanneer aanvullende veiligheidsmaatregelen zijn genomen conform
EN 1127-1, mag het instrument ook worden bediend onder andere
atmosferische omstandigheden conform de specificaties van de
fabrikant.
• Bijbehorende apparatuur met galvanische scheiding tussen de
intrinsiekveilige en niet-intrinsiekveilige circuits hebben de voorkeur.
• Het instrument mag niet worden gebruikt wanneer hybride mengsels
(gas, stof, lucht) aanwezig zijn.
• De temperatuurtransmitter moet zodanig worden geïnstalleerd, dat
zelfs in geval van uitzonderlijke incidenten, een ontstekingsbron door
botsing of wrijving tussen de behuizing en ijzer/staal uitgesloten is.
• Gebruik voor integrale temperatuursensoren alleen goedgekeurde
sensoren die zijn gecertificeerd voor categorie 1D of 2D gemarkeerd
niet lager dan II1/2D Ex ia IIIC T110 °C Da/Db of II2D Ex ia IIIC T110
°C Db voor gebruik in Zone 20 of Zone 21.
• Gebruik voor separate temperatuursensoren alleen goedgekeurde
sensoren gecertificeerd voor categorie 2D gemarkeerd niet lager dan
II2D Ex ia IIIC T110 °C Db voor gebruik in Zone 21.
Het omgevingstemperatuurbereik is afhankelijk van de
temperatuurklasse en de maximale temperatuur van de behuizing Txx
°C, geldend voor de maximale stoflaagdikte van 5 mm, opgenomen in de
volgende tabel:
Type
Temperatuurkl
asse
iTEMP
T6
TMT142B
T5
T4
Type
Maximale
oppervlaktetemperatuur
iTEMP
T85 °C
TMT142B
T100 °C
T110 °C
Omgevingstemperatuur
Zone 1 EPL Gb
–50 °C ≤ Ta ≤ +55 °C
–50 °C ≤ Ta ≤ +70 °C
–50 °C ≤ Ta ≤ +85 °C
Omgevingstemperatuur
Zone 21 EPL Db
–40 °C ≤ Ta ≤ +55 °C
–40 °C ≤ Ta ≤ +70 °C
–40 °C ≤ Ta ≤ +85 °C
XA01958T
Zone 0 EPL Ga
–50 °C ≤ Ta ≤ +40 °C
–50 °C ≤ Ta ≤ +50 °C
–50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C
7