20°
11.8 Apparaat legen in geval
van nood
Ga, als het water niet wordt afgevoerd,
als volgt te werk om het apparaat leeg
te laten lopen:
Trek de stekker uit het stopcontact.
1.
Draai de waterkraan dicht.
2.
Wacht zo nodig totdat het water is
3.
afgekoeld.
Plaats een opvangbak op de grond.
4.
Plaats het uiteinde van de noodaf-
5.
voerslang in de bak.
Trek de stop eruit. Het water zou
6.
door de zwaartekracht in de opvang-
bak moeten lopen. Plaats als de op-
vangbak vol is, de stop terug op de
slang. Maak de opvangbak leeg.
Herhaal deze procedure totdat er
geen water meer uit de slang komt.
Reinig de pomp zo nodig, volgens
7.
bovenstaande beschrijving.
Plaats de stop terug op de noodaf-
8.
voerslang en breng de slang weer
op zijn plaats aan.
Schroef de pomp weer vast.
9.
11.9 Voorzorgsmaatregelen
bij vorst
Als het apparaat op een plaats staat
waar de temperatuur tot beneden het
12. PROBLEEMOPLOSSING
Bepaalde problemen zijn het gevolg van
een gebrek aan eenvoudig onderhoud
of onoplettendheid. Dit soort proble-
men kunnen gemakkelijk zonder de hulp
van een monteur worden opgelost. Con-
troleer voordat u contact opneemt met
45°
Installeer de watertoevoerslang op-
6.
nieuw. Zorg ervoor dat de koppelin-
gen stevig vast zitten om lekkage te
voorkomen.
Draai de waterkraan open.
7.
vriespunt kan dalen, gaat u als volgt te
werk:
Draai de waterkraan dicht.
1.
Schroef de watertoevoerslang los
2.
van de kraan.
Plaats het uiteinde van de noodaf-
3.
voerslang en van de toevoerslang in
een op de vloer geplaatste opvang-
bak. Laat het water weglopen.
Schroef de watertoevoerslang weer
4.
op de kraan.
Plaats de dop weer terug op de
5.
noodafvoerslang.
Plaats de noodafvoerslang weer op
6.
zijn plek.
Hierdoor wordt evt. in de wasautomaat
achtergebleven water verwijderd en
wordt de vorming van ijs en daardoor
beschadiging van het apparaat voorko-
men.
Als u de wasautomaat weer wilt gebrui-
ken, controleert u of de omgevingstem-
peratuur boven de 0°C ligt.
onze serviceafdeling eerst de onder-
staande checklist.
Tijdens de werking van het apparaat kan
het gele controlelampje van toets 8
gaan knipperen, verschijnt een van de
volgende alarmcodes op het display en
klinken er tegelijkertijd om de 20 secon-
NEDERLANDS
63