5. Selecteer uw computermodel en de Productondersteuningspagina van uw computer verschijnt.
6. Klik op Get drivers (Stuurprogramma's ophalen) en klik op Drivers and Downloads (Stuurprogramma's en downloads).
De pagina met de drivers en downloads verschijnt.
7. Klik op Find it myself (Zelf zoeken).
8. Klik op BIOS om de BIOS-versies weer te geven.
9. Bepaal wat het nieuwste BIOS-bestand is en klik op Download (Downloaden).
10. Selecteer uw voorkeursmethode voor het downloaden in het venster Please select your download method below (Selecteer
hieronder uw voorkeursmethode voor downloaden); klik op Download File (Bestand downloaden).
Het venster File Download (Bestand downloaden) wordt weergegeven.
11. Klik op Save (Opslaan) om het bestand op uw computer op te slaan.
12. Klik op Run (Uitvoeren) om de bijgewerkte BIOS-instellingen te installeren op uw computer.
Volg de aanwijzingen op het scherm.
OPMERKING:
U kunt de BIOS-versie beter niet bijwerken voor meer dan drie revisies. Als u de BIOS-versie bijvoorbeeld
wilt bijwerken van 1.0 naar 7.0, moet u eerst versie 4.0 en vervolgens versie 7.0 installeren.
Systeem- en installatiewachtwoord
Tabel 20. Systeem- en installatiewachtwoord
Type wachtwoord
System Password (Systeemwachtwoord)
Installatiewachtwoord
U kunt ter beveiliging van uw computer een wachtwoord voor het systeem en de installatie aanmaken.
WAARSCHUWING:
De wachtwoordfunctie zorgt voor een basisbeveiliging van de gegevens in uw computer.
WAARSCHUWING:
Iedereen heeft toegang tot de gegevens op uw computer als deze onbeheerd en niet vergrendeld
wordt achtergelaten.
OPMERKING:
De functie voor het systeem- en installatiewachtwoord is uitgeschakeld.
Een systeeminstallatiewachtwoord toewijzen
U kunt alleen een nieuw systeem- of beheerderswachtwoord instellen wanneer de status op Not Set staat.
Druk na het aanzetten of opnieuw opstarten van de computer onmiddellijk op F2 om naar de System Setup te gaan.
1. Selecteer in het scherm System BIOS of System Setup de optie Security en druk op Enter.
Het scherm Security (Beveiliging) wordt geopend.
2. Selecteer System/Admin Password en maak een wachtwoord aan in het veld Enter the new password.
Hanteer de volgende richtlijnen om het systeemwachtwoord toe te kennen:
•
Een wachtwoord mag bestaan uit maximaal 32 tekens.
•
Het wachtwoord mag de nummers 0 t/m 9 bevatten.
•
Er mogen alleen kleine letters worden gebruikt.
•
Alleen de volgende speciale tekens zijn toegestaan: spatie, ("), (+), (,), (-), (.), (/), (;), ([), (\), (]), (`).
3. Typ het wachtwoord dat u eerder hebt ingevoerd in het veld Bevestig nieuw wachtwoord en klik op OK.
4. Druk op Esc waarna een melding verschijnt om de wijzigingen op te slaan.
5. Druk op Y om de wijzigingen op te slaan.
Hierna wordt de computer opnieuw opgestart.
66
Systeeminstallatie
Beschrijving
Wachtwoord dat moet worden ingevuld om aan uw systeem in te
loggen.
Wachtwoord dat moet worden ingevuld voor toegang en het
aanbrengen van wijzigingen aan de BIOS-instellingen van uw
computer.