6. De waarde van de gecompenseerde weerstand van de
kabels, die afgetrokken zal worden van alle volgende
continuïteitsmetingen, wordt weergegeven naast Rcal en
het bericht 'Calibration OK' verschijnt op het scherm.
7. Om de waarde van de weerstandscompensatie te
verwijderen voert u een nieuwe compensatieprocedure uit
met een weerstand hoger dan 5 Ω, bijvoorbeeld met open
testkabels. De waarde voor Rcal wordt op het scherm op
nul gesteld.
6.5.3. Continuïteit meten
1. Gebruik de pijltoetsen (,) om LOWΩ te selecteren en
bevestig dit met ENTER. De display toont het scherm
hiernaast.
2. Druk op de ENTER-toets, activeer Settings en wijzig
eventueel de gewenste parameters (zie paragraaf 5.3.1).
De
volgende
weergegeven:
RPE
max
continuïteitsmeting, kan ingesteld worden van 1Ω ÷ 5
Ω in stappen van 1 Ω
Rcal de weerstandswaarde van de meetsnoeren
nadat deze gekalibreerd zijn
Rpe het resultaat van de continuïteitsmeting
Itest werkelijke teststroom
3. Druk op de ENTER-toets, activeer Cable calibration (zie paragraaf 6.5.2) om de
kalibratie van de meetsnoeren uit te voeren.
Sluit het instrument aan op het te testen PV-paneel en op de hoofdaarde van het
systeem zoals afgebeeld op Fig. 14
Fig. 14: Aansluiting voor continuïteitsmeting op constructies van de PV-installatie
parameters worden
maximale
op het scherm
drempel
voor
LEGENDA:
E:
groene kabel
C:
blauwe kabel
1. PV-paneel/string
2. hoofdaarde systeem
3. geaarde metaalconstructie in
het systeem
NL - 47
15/05/12 15:34:26
R P E m a x
:
1 . 0
R c a l
:
0 , 0 2
R p e
=
- - -
I t e s t
=
- - -
Calibration OK
Selection
LOWΩ
15/05/12 15:34:26
R P E m a x
:
1 . 0
R c a l
:
- - -
R p e
=
- - -
I t e s t
=
- - -
Selection
LOWΩ
Ω
Ω
Ω
m A
Ω
Ω
Ω
m A