Opnamemodus: 1
Fotograferen met uw favoriete instellingen
(normale fotomodus)
Met deze modus kunt u vrij fotograferen, want er zijn meer instelmogelijkheden dan in de
intelligent auto-modus [ 4 ].
1
Schuif de schakelaar voor opnemen/afspelen
naar [
] en druk op [MODE].
1
A Schakelaar opnemen/afspelen
2
Druk op e / r om [NORMALE FOTO] te
selecteren en druk op [MENU/SET].
3
Richt het AF-gebied op het punt waarop u wilt
scherpstellen.
4
Druk de ontspanknop B half in om scherp te stellen.
• De scherpstelindicatie (groen) gaat branden als het onderwerp is
scherpgesteld.
• Het scherpstelbereik is 50 cm tot 7.
5
Druk de ontspanknop volledig in (druk deze verder in) en
maak de foto.
• De toegangsindicatie gaat rood branden wanneer er foto's worden opgenomen in
het ingebouwde geheugen (of op de kaart).
Richt het AF-gebied op het onderwerp en druk de ontspanknop vervolgens half in.
C Scherpstelindicatie
D AF-gebied (normaal)
E AF-gebied (wanneer u de digitale zoom gebruikt of het donker is)
Scherpstellen
Scherpstelling
Scherpstelindicatie Aan
AF-gebied
Geluid
Als het onderwerp
is scherpgesteld
Wit"Groen
Piept 2 keer
Als het
onderwerp niet is
scherpgesteld
Knippert
Wit"Rood
Piept 4 keer
(DUT) VQT1X11
1