Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Buitenbedrijfstelling; Filterreiniging - REMKO AMT 25 Bedieningshandleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

De condensaatpot leegmaken
1. Trek de pot voorzichtig naar
voor eruit.
2. Giet het condensaat in een af-
voer.
3. Reinig de pot met een schone
doek.
4. Zet de pot weer voorzichtig in het apparaat.
5. Houd er rekening mee dat het apparaat alleen start
als de pot correct erin is gezet.
De controlelamp „Pot vol" dooft, het apparaat werkt
volautomatisch verder.
Continu bedrijf met externe condensaataansluiting
Het apparaat is aan de linkerkant voorzien van een
aansluitstomp. Hieraan kan een in de handel verkrijg-
1
bare
/
" waterslang worden aangesloten.
2
1. Breek met een geschikt gereed-
schap de afdekking F van de
aansluitstomp uit de wand van
F
het apparaat.
Alleen vereist bij de eerste aan-
sluiting.
2. Sluit een voldoende lange afvoer-
slang aan aan de aansluitstomp.
Het condensaat kan nu in het continu bedrijf b.v. naar
een lager gelegen afvoer geleid worden.
Zorg ervoor dat de slang met verval naar de afvoer
gelegd wordt, opdat het condensaat ongehinderd
uit de condensaatval weg kan lopen!
Ontdooiautomatiek
Het vocht in de ruimtelucht condenseert bij afkoeling en
bedekt, afhankelijk van de luchttemperatuur en de rela-
tieve luchtvochtigheid, de verdamperlamellen met rijp
resp. ijs.
De in het apparaat ingebouwde heetgas-ontdooi auto-
matiek schakelt indien nodig de ontdooicyclus in om de-
ze rijp- resp. ijsafzetting te ontdooien.
Tijdens de ontdooifase wordt het ontvochtigingsbedrijf
kortstondig onderbroken. De controlelamp „Ontdooi-
bedrijf" geeft aan dat de ontdooicyclus is ingeschakeld.
Transport van het apparaat
Om het gemakkelijk te kunnen transporteren is het ap-
paraat voorzien van wieltjes en een handgreep.
◊ Schakel het apparaat alvorens het van plaats te ver-
anderen uit en trek de netstekker uit de contactdoos.
◊ Maak vervolgens de condensaatpot leeg.
Let op het nadruppelende condensaat.

Buitenbedrijfstelling

Zet de draaiknop van de hygrostaat
tegen de klok in in de stand Uit.
Voor langere bedrijfspauzes
1. Trek de netstekker uit de contactdoos.
2. Maak de condensaatpot leeg en veeg hem droog
met een schone doek.
Let op het nadruppelende condensaat.
3. Reinig het luchtaanzuigfilter zoals beschreven.
4. Bescherm het apparaat evt. met een kunststof hoes
tegen binnendringend stof.
5. Bewaar het apparaat rechtop op een tegen stof en
direct zonlicht beschermde plaats.

Filterreiniging

Ter vermijding van schade aan het apparaat is het uit-
gerust met een luchtaanzuigfilter.
Om capaciteitsverliezen resp. storingen te vermijden
moet het luchtaanzuigfilter indien nodig, echter minstens
om de twee weken, gecontroleerd en indien nodig ge-
reinigd worden.
1. Schakel het apparaat uit door de
G
„Aan/Uit"-toets in te drukken.
2. Grijp in de verdieping G en trek
het luchtaanzuigfilter uit het appa-
raat.
3. Reinig het luchtaanzuigfilter met
handwarm water of met een stof-
zuiger.
4. Verwijder sterkere vervuilingen
door het filter te spoelen in een
warme zeepoplossing van max.
40 °C.
Vervolgens naspoelen met helder
water.
5. Houd er rekening mee dat het
luchtaanzuigfilter onbeschadigd
en voordat het erin wordt gezet
volledig droog moet zijn om scha-
de aan het apparaat te voorkomen.
Het apparaat mag nooit werken zonder erin gezet
luchtaanzuigfilter!
9

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave