•
Mogelijk kan de camera het onderwerp niet volgen als dit te klein is, te snel
beweegt of als het contrast tussen het onderwerp en de achtergrond te gering
is.
Wanneer u een opname maakt in e of u (p. 93) terwijl het AF-kader is
•
ingesteld op [Gezicht det.], keert de camera terug naar
voor scherpstelling kiest.
Opnamen maken met AF-vergrendeling
U kunt de focus vergrendelen. Als de focus is vergrendeld, wordt de afstand waarop
wordt scherpgesteld niet veranderd, ook niet als u de ontspanknop loslaat.
Opnamen maken met Servo AF
Terwijl u de ontspanknop half ingedrukt houdt, worden de scherpstelling en belichting
continu aangepast, zodat u opnamen kunt maken van bewegende onderwerpen
zonder iets te missen.
Opnamen maken met AF-vergrendeling
Vergrendel de focus.
Druk de sluiterknop half in en tik binnen het
gebied dat aan de linkerkant wordt
weergegeven.
De scherpstelling wordt vergrendeld en %
verschijnt op het scherm.
Als u de sluiterknop loslaat en opnieuw op het
scherm tikt, wordt de AF-vergrendeling
geannuleerd en verdwijnt %.
Kies de beeldcompositie en maak
een opname.
Selecteer [Servo AF].
Tik op H en op n. Selecteer het
tabblad 4, tik op [Servo AF] en op qr en
selecteer [Aan].
Stel scherp.
De scherpstelling en belichting blijven behouden
als het blauwe AF-kader wordt weergegeven
wanneer u de ontspanknop half indrukt.
zodra u een locatie
99