I n s t a l l a t i e
Monteer de weergave-eenheid met behulp van de plaklaag aan de
onderkant van de weergavestandaard of met de meegeleverde
schroeven. Gebruikt u de plaklaag, dan verwijdert u het beschermlaagje
en bevestigt u de weergave-eenheid stevig op het dashboard. Raak de
plaklaag niet aan als u het beschermlaagje losmaakt. Zorg ervoor dat de
ondergrond waarop u de weergave-eenheid bevestigt droog, schoon en
stofvrij is. Gebruikt u de meegeleverde schroeven, zorg er dan voor dat u
bij het boren van gaten in het dashboard geen schade toebrengt aan
systemen of onderdelen van het voertuig (bijvoorbeeld airbags). Boor de
benodigde gaten en bevestig de weergave-eenheid aan het dashboard.
Luidspreker SP-3
Voor een goed akoestisch geluid moet u de luidspreker zo monteren dat
deze naar de gebruiker is gericht. Monteer de luidspreker op meer dan
50 cm afstand van het hoofd van de bestuurder of de passagier. Monteer
de luidspreker op ten minste 1 meter afstand van de microfoon, zodat u
geen echo hoort.
Sluit de luidspreker aan op de mono-uitgang van de carkit. U kunt de
carkit ook op een compatibele autoradio aansluiten. Raadpleeg uw
servicemonteur voor meer informatie.
Microfoon MP-2
U kunt de kwaliteit van spraaktransmissie verhogen door zorgvuldig een
plaats te kiezen voor de montage van de microfoon.
Monteer de microfoon op ongeveer 50 cm afstand van het hoofd van de
chauffeur en zorg dat de microfoon naar de mond van de chauffeur is
gericht. De ervaring leert dat u de microfoon het beste bij de
achteruitkijkspiegel of bij de zonneklep kunt bevestigen. Monteer de
microfoon op ten minste 1 meter afstand van de luidspreker van de
carkit, zodat u geen echo hoort.
Zorg ervoor dat de microfoon niet in de luchtstroom van de ventilatoren
komt te zitten. Leg de microfoonkabel niet in het verwarmings-,
ventilatie- of aircosysteem. Bevestig de microfoon met het
meegeleverde dubbelzijdige plakband om de hoeveelheid
28