Backoffice instellingen
Op de CSMS -pagina vindt u alle instellingen
omtrent de backoffice . De Source kan door
middel
van
een
automatische verrekening realiseren. De
Source is door de fabrikant met verschillende
backofficeproviders getest. Voor de actuele
lijst met backoffice koppelingen neemt u
contact op met uw verkoper .
De CSMS -pagina is opgedeeld in twee
delen. Allereerst kunt u de status aflezen bij
" CSMS Connection Status". De Source geeft
aan of de backoffice verbonden is met het
laadstation .
Als tweede kunt u hier de instellingen van de
backoffice aanpassen en het laadstation met
de verschillende backoffices verbinden. Om
dit te realiseren het volgende stappenplan:
1. Vul het server adres ( backoffice adres) in bij CSMS Server Address.
2. Laat "Charger Identity" zoals het staat ingevuld, tenzij anders aangegeven door de
backofficeprovider . Deze informatie is uniek voor elk laadstation .
3. Activeer/deactiveer het geluid van de RFID scanner bij "Sound Notification"
4. Activeer/deactiveer de RFID scanner bij " RFID enabled".
5. Activeer/deactiveer de backoffice bij "Offline/Online authorisation"
6. Bij Plug&Charge moet "Default ID Tag mode" ingeschakeld worden en "RFID enabled"
uitgeschakeld worden. Zodra er ook automatisch stroomkosten verrekend moet worden vul je de
UID in (Unique Identifier RFID kaart van de klant). Bij een offline laadstation kan "Default" blijven
staan.
7. Sla de instellingen op door op "Save" te drukken.
Het laadstation zal nu een connectie met de gespecificeerde backoffice proberen te maken. De status
van de connectie kunt u bovenaan de pagina vinden bij "CSMS connection status".
backofficesysteem
Handleiding (versie 1.1.0) - NL
27