4.2.3.
Aansluiten voedings- en datakabels
Voedingskabel
●
Knip de blauwe doorvoerrubber van de vrije wartel wanneer de diameter van de voedingskabel
groter dan 15 mm is (tussen 16 mm en 20 mm).
●
Voer de voedingskabel door de vrije wartel en draai de wartel aan.
●
Sluit als volgt de voedingskabel voor een 3-fasen aansluiting (Zie ook afbeelding C) aan:
○
Sluit de N "Nul" aan op de blauwe aansluitklem.
○
Sluit de PE "Aarde" aan op de groen/gele aansluitklem.
○
Sluit de L1 "Fase 1" aan op de grijze aansluitklem.
○
Sluit de L2 "Fase 2" aan op de L2 invoer (rechts) van de kilowattuur meter.
○
Sluit de L3 "Fase 3" aan op de L3 invoer (rechts) van de kilowattuur meter.
●
Sluit als volgt de voedingskabel voor een 1-fase aansluiting (Zie ook afbeelding C) aan:
Sluit de N "Nul" aan op de blauwe aansluitklem.
○
○
Sluit de PE "Aarde" aan op de groen/gele aansluitklem.
○
Sluit de L1 "Fase 1" aan op de grijze aansluitklem.
Ethernet aansluiting
●
Voer de CAT5(e) ethernet kabel door de snijnippel aan de onderzijde
van de behuizing. Zie afbeelding F
●
Voor een vaste internetverbinding kan een ethernetkabel worden
aangesloten op de ethernetpoort (zie afbeelding D).
●
Plaats de ethernetkabel tussen de router en de ethernetpoort in het
laadstation .
Afbeelding C
Afbeelding D
Handleiding (versie 1.1.0) - NL
17