pH/ORP-sensoren en referentiehalfcellen
6
Inbedrijfname
6.1
Kalibratie en meting
De frequentie waarmee een sensorkalibratie of sensorcontrole wordt uitgevoerd hangt af van
de bedrijfsomstandigheden, bijv. vervuiling en chemische belasting.
Nieuwe pH- of ORP-sensoren met Memosens-technologie hoeven niet gekalibreerd te
worden. De kalibratie is alleen nodig wanneer aan strikte nauwkeurigheidseisen moet
worden voldaan of wanneer de sensor langer dan 3 maanden is opgeslagen.
• Tweepuntskalibratie is nodig voor pH-sensoren. Gebruik hiervoor een hoogwaardig buffer
van Endress+Hauser, bijv. CPY20.
• Eenpunts kalibratie is nodig voor ORP-sensoren. Gebruik een bufferoplossing met 220 mV
of 468 mV van Endress+Hauser, bijv. CPY3 voor dit doel.
‣
Verwijder de beschermkap voor kalibratie en meting.
‣
pH/ORP-sensoren die droog zijn opgeslagen moeten tenminste 24 uur in het medium
worden ondergedompeld, voordat deze worden gebruikt. Anders moet rekening worden
gehouden met ernstige drift van de meetwaarde.
‣
Wanneer de beschermkap niet langer wordt gebruikt voor het opslaan van de sensor,
bewaar de sensor dan op in een KCl-oplossing (3 mol/l) of bufferoplossing.
‣
De frequentie waarmee een sensorkalibratie of sensorinspectie wordt uitgevoerd hangt af
van de bedrijfsomstandigheden (vervuiling, chemische belasting).
‣
Analoge pH of ORP -sensoren moeten worden gekalibreerd wanneer deze de eerste keer
worden aangesloten.
1.
Dompel de sensor onder in een gedefinieerde bufferoplossing (bijv. pH 7 of 220 mV).
Endress+Hauser
Inbedrijfname
11