FI-1 | Functie-inverter
1.4. Veiligheidsinstructies
Onjuist gebruik en het niet opvolgen van de instructies kan leiden tot onberekenbare gevaren.
Voorkom deze gevaren door de volgende maatregelen uit te voeren:
Voer installatiewerkzaamheden alleen uit als de module spanningsloos is. Neem bij
soldeerwerkzaamheden ook de instructies in hoofdstuk 3.1 en 3.2 in acht.
Voer installatiewerkzaamheden alleen uit in gesloten, schone en droge ruimten. Voorkom
vocht, nattigheid en spatwater in uw werkomgeving.
Voed de module alleen met extra lage spanning zoals aangegeven in de technische
gegevens. Gebruik alleen geteste en goedgekeurde transformatoren / netvoedingen.
Steek de stekkers van transformatoren / netvoedingen alleen in goed geïnstalleerde en
gezekerde geaarde stopcontacten.
Let er bij elektrische aansluitingen op dat de kabeldoorsnede voldoende is.
Stel de module niet bloot aan hoge omgevingstemperaturen of direct zonlicht. Neem de
informatie over de maximale bedrijfstemperatuur in de technische gegevens in acht.
Schakel bij schade of storingen direct de voedingsspanning uit. Stuur de functie-inverter op
voor inspectie.
4 | Starten
tams elektronik