1
2
Figuur 9
1. Ring
2. Borgpen
4. Breng de schroef (1/2 inch) aan in het gat dat
overeenstemt met de gewenste tandagressiviteit.
Raadpleeg Tandagressiviteit instellen (pagina 4).
Opmerking: Om een bepaalde tandagressiviteit
te verkrijgen moet u de draaibeugel verwijderen en
opnieuw monteren.
1
5
Figuur 10
1. Borgmoer (1/2 inch)
2. Draaibeugel
3. Onderste opening
5. Plaats de draaibeugel tussen de aanslagplaten en schuif
de schroef (1/2 inch) door de trekhaak.
6. Schuif de schroef aan de andere kant door dezelfde
opening in de aanslagplaat en de aanslagplaat van de
hark. Vastmaken met een borgmoer (1/2 inch).
3
4
g019962
3. Rechteraanslagplaat van
de hark
4. Gaffelpen
2
g019963
4
3
4. Bovenste opening
5. Schroef (1/2 inch)
Tandagressiviteit instellen
1
5
1. Borgmoer (1/2 inch)
2. Bovenste opening
3. Schroef (1/2 inch)
Tandagressiviteit
Montagelocatie
van de schroef
(1/2 inch)
Minst
Bovenste opening
Minder
Onderste opening
Meer
Bovenste opening
Meest
Onderste opening
Opmerking: Om deze tandagressiviteit te verkrijgen moet
u de draaibeugel verwijderen en opnieuw monteren.
4
2
4
3
Figuur 11
4. Onderste opening
5. Draaibeugel (afgebeeld
met platte kant naar
onderen)
Montagewijze van
de draaibeugel
Platte kant
naar boven (zie
Opmerking)
Platte kant
naar boven (zie
Opmerking)
Platte kant naar
onderen
Platte kant naar
onderen
g019963