7. Controleer de O-ringen van de slangfittingen op slijtage
of beschadigingen en vervang deze indien nodig.
Opmerking: Smeer eventuele vervangende O-ringen
voordat u deze plaatst.
8. Monteer de 2 nieuwe toevoerslangen met slangklemmen
op de linker en rechter spuitboom (zie
9. Bevestig de slangen aan de spuitboomkleppen (zie
Figuur
1).
10. Monteer de middelste slang van de spuitboomkleppen
aan het T-stuk in de middelste spuitboom.
Figuur
2).
7