4.4.3
Emissiegraad
Het meetapparaat is standaard op een emissiegraad van
95%
ingesteld.
Deze
waarde
geldt
voor
de
meeste
bouwmaterialen, kunststoffen, textiel, papier en niet-metalen
oppervlakken. De onderstaande lijst dient voor de inschatting van
de emissiefactor, die o.a. door de glans en ruwheid van het te
meten
materiaal
wordt
beïnvloed.
Gladde
en
glanzende
oppervlakken verlagen, ruwe en matte oppervlakken verhogen de
emissiegraad. Omdat de emissiefactor bij metalen afhankelijk van
het oppervlak (glanzend, geoxideerd of verroest) varieert van 10%
tot 90%, is een nauwkeurige meting niet mogelijk. Wij adviseren
daarom voor metalen of metalen glanzende oppervlakken en
objecten met afwijkende emissiefactoren speciale papieren stickers
met een factor van 95% te gebruiken.
Een mathematische correctie van de gemeten temperatuur met de
emissiefactor vereist kennis van de omgevingstemperatuur en de
coëfficiënt van de temperatuuraanpassing van de meetsensor aan
de omgevingstemperatuur.
Voor de correctie geldt:
(
−
) ∗ 100
+
=
(%)
28
Hydromette UNI 1