Inhoudsopgave
Advertenties
5.
Installatie warmtepomp
5.1
Instellingen
Het wordt aanbevolen om een betonnen fundering te plaatsen waarop de warmtepomp wordt geplaatst, uitgerust
met rubberen trillingsdempers zodat het apparaat vrij kan worden geplaatst. Warmtepompen zijn uitgerust met een
lekbak om het condensaat dat vrijkomt bij normaal bedrijf van het apparaat op te vangen, dit gaat via de
condensafvoerleiding naar de absorberende grond of de eerder aangelegde rioolafvoer. Het is ook mogelijk om het
apparaat met behulp van montagebeugels aan de buitenmuur van het gebouw op te hangen.
Maak om de buiteneenheid aan te sluiten op de binneninstallatie een geschikte opening voor de leidingen en kabels
door de muur. De vereiste minimumafstanden en beschermingsgebieden moeten in acht worden genomen. In het
gebied van de luchtuitlaat is de temperatuur ca. 5 ° C onder de omgevingstemperatuur, daarom kan zich daar onder
bepaalde weersomstandigheden een ijslaag vormen. De warmtepomp moet zo worden geplaatst dat de luchtuitlaat
niet op looproutes is gericht. Het is absoluut noodzakelijk om de vereiste afstanden te bewaren tot de muur,
openingen in de muur, ramen en kelderramen. Om te voorkomen dat de fundering van gebouwen vochtig wordt,
moet in een condensafvoer worden voorzien.
1 - Warmtepomp; 2 - Condensafvoer; 3 - Gebouwmuur; 4 – Gootafvoer; 5 - Sifon (zie paragraaf 7.2
Tekening 5. Plaatsing en montage van de pomp
Gebruiksaanwijzing en Garantiekaart v.017
HKS LAZAR Sp.z o.o. ul. Wodzisławska 15B 44-335 Jastrzębie-Zdrój
www.hkslazar.pl
"condensaatafvoer")
. 11
pag
Advertenties
Inhoudsopgave
