15.
Pak de SSD aan de zijkanten vast en trek hem voorzichtig (2) uit de socket.
16.
Plaats de nieuwe SSD in de socket op de systeemkaart.
OPMERKING:
17.
Druk de SSD-connectoren (1) stevig in de socket.
18.
Druk de SSD in de systeemkaart en gebruik de meegeleverde schroef (2) om de SSD vast te zetten.
19.
Druk de kapsensor (1) stevig op zijn plaats.
20.
Plaats de houder van de vaste schijf (2) in de behuizing.
24
Hoofdstuk 3 Hardware-upgrades
Een SSD kan slechts in één stand worden geïnstalleerd.