NL
37
Voedseleigenschappen
en
bereidingen
met
de magnetronoven
Schikken
en
tussenruimte
Afzonderlijke
voedselartikelen zoals
gebakken aardappelen,
klein
gebak
en
nagerechten
worden
gelijkmatiger
verwarmd als
u ze
op
gelijke
afstand
van
elkaar
plaatst, bij
voorkeur
in
een
cirkel. Plaats
nooit
afzonderlijke
voedselartikelen
op
elkaar.
Roeren
Roeren is
een van
de
belangrijkste
technieken
bij
het koken
met
de magnetronoven.
Bij
conventioneel koken wordt het voedsel
geroerd
om
het beter
te
mengen.
Bij
het koken
met
microgolven
dient het
roeren om
de
warmte te
spreiden
en
te
herverdelen.
Roer
altijd
van
de
buitenzijde
naar
het
midden,
want
de
buitenzijde
is
het
eerst
warm.
Omdraaien
Grote
en
hoge
voedselartikelen zoals
gebraad
en
hele
kippen
moeten
worden
omgedraaid
zodat de
bovenzijde
en
de
onderzijde gelijkmatig
worden
gekookt.
U
doet
er
ook
goed
aan
kippendelen
en
vleeslapjes
om
te
draaien.
Dikkere
gedeelten
aan
de buitenkant
plaatsen
Aangezien
microgolven
tot
het buitenste
gedeelte
van
voedsel worden
aangetrokken,
is
het
verstandig
om
dikkere
vleesporties, gevogelte
en
vis
aan
de buitenste kant
van
de bakschaal
te
leggen.
Zo
krijgen
de dikkere
gedeelten
de
meeste
microgolfenergie
en
kookt het voedsel
gelijkmatig.
Afschermen
U
kunt stroken aluminiumfolie
(die
geen
microgolven
doorlaat)
over
de hoeken of randen
van
vierkante
en
rechthoekige
eetwaar
aanbrengen
om
te
voorkomen dat die
gedeelten
te
veel
warmte
ontvangen. Gebruik
nooit
te
veel folie
en
zorg
ervoor
dat de folie
aan
de schaal
vastgemaakt
is.
Anders kan
ze
vonken veroorzaken.
Hoger
plaatsen
Dikke of dichte
voedingsartikelen
kunt
u
hoger plaatsen
zodat de
microgolven
ook door de
onderzijde
en
het middelste
gedeelte
van
het voedsel kunnen worden
opgenomen.
Prikken
Voedsel
in
een
schelp,
schil of vlies
in
de
oven
zal barsten als
u er
eerst
niet in
heeft
geprikt.
Tot
deze
categorie
van
voedingsartikelen
behoren de dooiers
en
het
wit
van
eieren, mosselen
en
oesters
en
onversneden groente
en
fruit.
Controleren of het voedsel
gaar is
Voedsel wordt
in
een
magntronoven
zo
snel
gaar
dat het
noodzakelijk
is
om
het vaak
te
controleren.
Sommige
voedingswaren
worden
in
de magnetronoven
gelaten
tot
ze
volledig
klaar
zijn,
maar
de meeste, waaronder vlees
en
gevogelte,
moeten
uit
de
oven
worden
genomen
terwijl
ze
nog
lichtjes
ongaar
zijn,
om
buiten de
oven
voort te
garen. De
inwendige
temperatuur
van
voedsel
stijgt
tussen
3 °C
en
8 °C
tijdens
het voortgaren buiten de
oven.
Laten garen
buiten de
oven
Vaak
moet
voedsel
nog 3
tot
10 minuten
buiten de
oven
blijven
staan.
Doorgaans
wordt het
voedsel
afgedekt tijdens
het
garen
buiten de
oven,
om
zoveel
mogelijk
warmte te
behouden,
tenzij
het
een
droge
textuur moet
krijgen
(zoals
sommige
soorten
gebak
en
koekjes
bijvoorbeeld).
Door
het voedsel
nog
een
tijdje
buiten de
oven
te
laten
staan
wordt het
gaar
en
mengen
de smaken zich
meer en
komen
ze
beter
tot
hun recht.
Uw
oven
reinigen
1. De
binnenzijde
van
de
oven
zuiver
houden
Spatten
of
gemorste
vloeistof kleven
aan
de wanden
van
de
oven en
tussen
de
afdichting
en
het
oppervlak
van
de ovendeur.
Het
beste
is
de
spatten
en
gemorste
vloeistoffen
onmiddellijk
met
een
vochtige
doek
weg
te
vegen.
Kruimels
en
gemorste
vloeistof
absorberen
microgolfenergie
en
verlengen
de
bereidingstijden.
Gebruik
een
vochtige
doek
om
kruimels
weg
te
vegen
die
tussen
de ovendeur
en
het frame terechtkomen.
Voor
een
goede afdichting
van
de ovendeur
is
het
belangrijk
om
deze
zone
zuiver
te
houden.
Verwijder
vetspatten
met
een
doek
met
reinigingsmiddel.
Daarna
spoelen
en
droogwrijven.
Gebruik
geen
harde wasmiddelen of schurende
reinigingsmiddelen.
De
glazen
schaal kunt
u
met
de hand of
in
de vaatwasmachine
wassen.
2. De
buitenzijde
van
de
oven
zuiver
houden
Maak de
buitenzijde
van uw oven
met
zeep
en
water
en
dan
met
zuiver
water
schoon.
Droog
de
buitenzijde
van uw oven
daarna
met
een
zachte doek of
keukenpapier
af.
Om
beschadiging
van
de
werkingsonderdelen
in
de
oven
te
vermijden,
moet
u
vermijden
dat
er
water
via
de
ventilatieopeningen
in
de
oven
dringt.
Om
het
bedieningspaneel
te
reinigen
opent
u
de
ovendeur,
om
te
voorkomen dat de
oven
ongewenst
in
werking
wordt
gesteld,
en
veegt
u
het
paneel
met
een
vochtige
doek
en
onmiddellijk
daarna
met
een
droge
doek schoon. Druk
na
het schoonmaken
op
de
toets
STOP/CLEAR.
3.
Als
er
zich
stoom
in
de
oven
of
aan
de
buitenzijde
van
de ovendeur
ophoopt,
moet
u
dat
met
een
zachte doek
wegvegen. Dit
kan
gebeuren
wanneer
de
magnetronoven
in erg
vochtige omstandigheden
wordt
gebruikt
en
duidt absoluut
niet op
een
defect
van
de
oven.
4. De
ovendeur
en
de
deurafdichtingen
moeten
zuiver
worden
gehouden.
Gebruik alleen
warm
zeepsop
en
spoel
en
droog grondig
daarna.
GEBRUIK GEEN SCHURENDE
MATERIALEN,
ZOALS REINIGINGSPOEDERS OF STALEN
EN PLASTIC SCHUURSPONSJES.
Metalen onderdelen
zijn
gemakkelijker
te
onderhouden als
u ze
regelmatig
met
een
vochtige
doek schoonmaakt.