3.
Demonteer de afdekking van het tussenschot
door de 4 bevestigingsmiddelen, 4 veerringen,
en 4 onderlegringen te verwijderen
Figuur 3
1. Bevestigingsmiddel (4)
2. Veerring (4)
(Figuur
3).
g217733
3. Ring (4)
4.
Neem de slang van de inlaat van het
brandstoffilter
Opmerking:
bewaar de slangklem voor hermontage.
5.
Plaats doppen op de brandstoffilter inlaat en
de brandstofslang. Trek de slang terug naar
de brandstoftank en door het chassisprofiel.
Verwijder de dop en laat brandstof die in de tank
achtergebleven is in een geschikte opvangbak
lopen.
3
(Figuur
4).
Let op de route van de slang en
Figuur 4
g217738