Bouten, moeren, schroeven en
andere onderdelen inspecteren
Draai loszittende bouten, moeren, enz. weer vast.
Controleer op brandstof- en olielekkage.
Vervang beschadigde onderdelen door nieuwe voor een
veilig gebruik.
De motor en koelluchtinlaat reinigen
Houd de motor schoon door hem met een doek af te vegen.
Houd de koelvinnen van de cilinder vrij van stof en vuil.
Als de koelvinnen bedekt raken met stof of vuil, kan de
motor oververhit raken en de zuiger vastlopen.
De blaaslucht wordt aangezogen via het luchtinlaatrooster.
Wanneer u merkt dat de blaaskracht afneemt, moet u de
motor stoppen en het inlaatrooster controleren op verstoppin-
gen. Reinig zo nodig. Een dergelijke verstopping kan leiden
tot oververhitting en schade aan de motor.
Pakkingen en afdichtingen
vervangen
Wanneer de motor gedemonteerd wordt, vervangt u de
pakkingen en afdichtingen door nieuwe.
Alle onderhouds- of afstelwerkzaamheden die niet
beschreven worden in deze gebruiksaanwijzing
mogen alleen worden uitgevoerd door een erkend
servicecentrum.
Opslag
WAARSCHUWING:
stof aftapt, moet u de motor uitzetten en laten
afkoelen. Als u dit niet doet, kunnen brandwonden of
brand ontstaan.
Als u het apparaat voor langere tijd
LET OP:
opslaat, dient u alle brandstof uit de brandstof-
tank en carburateur af te tappen, en het apparaat
op een droge en schone plaats op te slaan.
Voordat u de brand-
100 NEDERLANDS
Tap de brandstof uit de brandstoftank en carburateur op
de volgende wijze af voordat u het apparaat opslaat:
1.
Verwijder de brandstoftankdop en tap alle brand-
stof af. Als er verontreinigingen achterblijven in de
brandstoftank, dient u deze grondig te verwijderen.
2.
Trek het brandstoffilter met een draad uit de tank
via de vulopening.
3.
Druk op de opvoerpomp totdat alle brandstof
daaruit verwijderd is en tap daarna de brandstof af die
in de tank is gestroomd.
4.
Plaats het brandstoffilter terug in de brandstoftank
en draai de brandstoftankdop stevig vast.
5.
Laat de motor vervolgens draaien tot deze vanzelf
stopt.
6.
Verwijder de bougie en druppel een paar druppels
motorolie in het bougiegat.
7.
Trek voorzichtig aan de trekstarthandgreep om
de motorolie door de motor te verspreiden en breng de
bougie weer op zijn plaats aan.
8.
Sla het apparaat op met de draagbeugel aan de
bovenkant.
9.
Bewaar de afgetapte brandstof in een speciale jer-
rycan in een goed geventileerde ruimte in de schaduw.