4.2 Pulsontvanger PD200 E
•
K
Draaischakelaar "ON/OFF", afstelling voor de
"0"-stand
•
L
Analoge meter [µA]
•
M
6-standen draaischakelaar:
Demping 1-4, 1 = zonder weerstand, 2 = laagste
weerstand, 4 = hoogste weerstand
Testinstelling (TEST)
Batterij-controle (BAT .-CHECK)
05. Technische functiecontrole
5.1 Batterijcontrole pulsontvanger PD200 E
Ontvanger niet inschakelen . Rechter draaischakelaar
in de stand "BAT .-CHECK" zetten . Slaat de wijzer van
de meter [µA]
L
uit naar rechts tot minimaal 30 μA,
is de batterijcapaciteit voldoende en is het apparaat
klaar voor gebruik . Draai hierna de rechter draaischa-
kelaar naar de stand "4" .
5.2 Spanningstest pulsgenerator PD200 G
Steek de stekker in een randaardestopcontact . Druk
op de tuimelschakelaar
en het groene controlelampje toont de netverbinding .
A - 5
P
C
naar de schakelstand "I"
Bedieningshandleiding – Pulsstroom-meetsysteem PD200
N
•
Draagriem
O
• Rode
en zwarte
aansluiten van de verbindingskabel met de
meetstaven
N
K
10
0
10
20
20
30
40
50
–
µA
L
30
40
50
–
C
P
stekkerbus voor het
M
30
40
50
+
10
0
10
20
20
30
40
50
+
µA
L
O
+
–
NL