1.2 Dakbedekking : shingels (tekening 2)
Na het plaatsen van de dakplanken worden de shingels geplaatst. U begint onderaan met een reeks
shingels omgekeerd te leggen t.t.z. met de drie flappen naar de nok toe. De eerste rij wordt hierop dan
genageld (door middel van de bijgeleverde nagels met platte kop) met de drie flappen naar beneden (richting
zijwand) en zo wordt naar boven gegaan tot tegen de nok. De nok wordt gevormd door de shingels te
versnijden in drie gelijke stukken op basis van de voorgesneden flappen. Deze stukken worden dan na
elkaar op de nok gelegd en zo vastgenageld.
2. OPTIE : VLOER (tekening 3)
Wanneer er een extra vloerpakket bijgevraagd werd moet die als volgt geplaatst worden: begin met de
planken (11) rond de palen (3) vast te schroeven (8 x 80 mm). Verdeel de ruimte ertussen in gelijke delen
om er de planken (13) tussen te schroeven; bevestig ook de korte plankjes (14) tegen de palen. De
vloerplanken (12) worden vastgeschroefd op de onderliggende regels (13 en 14).
1.2 Couverture : Shingles (dessin 2)
Après la pose du plancher de toit on met les shingles. On commence en bas en mettant une rangée de
shingles à l'envers, c.a.d. avec les 3 divisions vers la faîte. La première rangée est ici clouée dessus (avec
les clous à tête plate livrés) avec les 3 divisions en bas (direction paroi) et on continue jusqu'au au faîte. Le
faîte est formé en coupant les shingles en 3 paties égales sur base des 3 divisions des shingles. On met ces
pièces l'une après l'autre sur le faîte, puis ons les cloue.
2. OPTION : PLANCHER DE SOL (dessin 3)
Commencez en fixant les planches (11) au dessous des poteaux (3) avec les vis (8x80 mm). Partagez la
distance entre les poteaux en espaces égales afin de fixer les planches (13). Attachez aussi les planches
courtes (14) contre les poteaux. Les planches de sol (12) sont vissées sur les traverses (13 et 14).