2.2 Schakelkanalen: C1-C4 relais
De schakelkanalen kunnen op 2 verschillende manieren worden gebruikt: als schakelactor
of als schakelcontact voor het besturingskanaal.
De functie van de schakelkanalen wordt op de parameterpagina Algemeen ingesteld:
•
Gebruik als onafhankelijk schakelactorkanaal, (bijv. C1 relais)
•
Gebruik als schakelcontact voor het betreffende besturingskanaal (aangestuurd
apparaat in-/uitschakelen). In dat geval heeft het relais geen eigen parameters; het
kanaal, bijv. C1 relais, wordt verborgen.
2.3 Kleurregeling
Voor de kleurregeling worden max. 4 besturingskanalen aan elkaar gekoppeld.
De parameterinstelling vindt plaats in het besturingskanaal C1.
Zie daarvoor de parameter Soort besturing op de parameterpagina Algemeen.
2.3.1
Bezetting van de uitgangsklemmen voor de kleurregeling
Afhankelijk van de soort kleurregeling (soort besturing) zijn maximaal 4 analoge uitgangen
nodig.
Soort besturing
Kleurtemperatuur
Kleur RGB
Kleur RGBW
Het kanaal is als standaard besturingskanaal zonder kleurregeling vrij beschikbaar
1
Het kanaal is als standaard besturingskanaal zonder kleurregeling vrij beschikbaar
2
Het kanaal is als standaard besturingskanaal zonder kleurregeling vrij beschikbaar
3
SM 4
C1 + -
C2 + -
Warm wit
Koud wit
Rood
Groen
Rood
Groen
C3 + -
C4 + -
vrij
vrij
1
2
Blauw
vrij
3
Blauw
Wit