in het geheugen opgenomen referentiewaarde. Een referentiewaarde voor
spanningen, stroom, enz. kan in het geheugen worden opgeslagen om later
als referentiewaarde te gebruiken. De waarde die dan op het scherm
verschijnt is het verschil tussen de referentiewaarde en de gemeten waarde.
1. Doe een meting zoals beschreven in de handleiding.
2. Druk op de RELATIEVE toets om de metingen op te slaan, waarna er
"REL" op het scherm zal verschijnen.
3. Op het scherm zal dan het verschil verschijnen tussen de opgeslagen
waarde en de gemeten waarde.
4.
Druk opnieuw op de RELATIEVE toets om naar het normaal gebruik
over te gaan.
DC SPANNINGSMETING
OPGEPAST: Meet geen DC spanningen indien er een motor op het
circuit is aangesloten die aan of af wordt gezet. Er kunnen zich hoge
spanningspieken voordoen die de meter kunnen beschadigen.
1. Plaats de functietoets op V DC positie ("mV" zal op het scherm
verschijnen).
2. Steek de zwarte banaanplug van de teststift in de negatieve (COM) bus
en de rode banaanplug van de teststift inde positieve (V) bus.
3. Raak met de teststiften het circuit dat moet getest worden. Let er op
dat u de juiste polariteit gebruikt (rode stift voor positief, zwarte stift
voor negatief).
4.Lees de spanning op het scherm. Het scherm zal het juiste decimaal
punt en waarde aanduiden. Indien de polariteit werd omgekeerd
verschijnt er een (-) minteken voor de waarde.
AC SPANNINGSMETING
WAARSCHUWING: Gevaar voor elektrocutie. De punten van de
peilstiften zijn mogelijk niet lang genoeg om sommige onder stroom
staande delen van een 240V apparaat te bereiken omdat deze diep in
het apparaat zitten. Hierdoor kan de meting 0 aangeven terwijl er toch
stroom op die delen staat. Zorg er dus voor dat de peilstiften contact
maken met de metalen contactpunten in het apparaat vooraleer u er
van uitgaat dat er geen stroom op het apparaat staat.
10