5
Onderhoud en probleemoplossing
De gebruiker kan preventief onderhoud
uitvoeren. Volledige onderhoud moet worden
uitgevoerd door een erkende en bevoegde
technicus die door Enerpac is aangesteld.
De aanbevolen onderhoudsfrequentie is als
volgt:
a) 3 maanden – intensief gebruik
b) 6 maanden – normaal gebruik
c) 12 maanden – infrequent gebruik
-
Na gebruik van het gereedschap onder zware
omstandigheden moet een niet-destructieve
test worden uitgevoerd.
Figuur M
Figuur N
5.1
Preventief onderhoud
(Figuur M en N)
5.1.1 Hydraulische aandrijfeenheid
•
Controleer of de zwenkkoppeling of de
schroeven van de spilverdeelstukpen uit de
TSP-Pro serie (zie 5.2.1) en de wartel goed
vastzitten.
•
Zet de aandrijfeenheid onder maximale druk
(uitlopen en intrekken) en controleer op
tekenen van lekkage.
•
Eventuele beschadigde onderdelen of
afdichtingen moeten worden vervangen.
•
Droog alle onderdelen en breng een dunne
laag molybdeendisulfide aan, zoals getoond in
de figuur (17).
Molybdeendisulfide is verkrijgbaar bij Enerpac.
5.1.2 De bevestigingskop
•
Verwijder de kop van de aandrijfeenheid.
•
Verwijder de schroeven (18). Licht de zijplaten
(19) op en verwijder ze.
•
Verwijder de zeskantige ratel (20), de geveerde
aandrijfschoen (21) en de drukveer (22).
•
Reinig alle blootliggende onderdelen met een
neutraal reinigingsmiddel.
•
Controleer alle onderdelen op schade.
•
Droog alle onderdelen. Breng een dunne laag
molybdeendisulfide aan op de aangegeven
plaats (17).
Breng geen smeermiddel aan op de ratel of de
tanden van de aandrijfschoen.
11